Buitenland

Afrikaanse Irakezen strijden voor erkenning

Het Westen heeft in Irak vaak aandacht gevraagd voor minderheden. Er leeft echter een groepering in het land waar je zelden over hoort, omdat ze volgens de autoriteiten niet bestaat: nakomelingen van slaven uit Afrika.

Martin Janssen
9 September 2022 19:35
Afro-Irakezen vieren de inauguratie van Barack Obama als eerste zwarte president van de Verenigde Staten in januari 2009. beeld EPA, Haider al-Assadee
Afro-Irakezen vieren de inauguratie van Barack Obama als eerste zwarte president van de Verenigde Staten in januari 2009. beeld EPA, Haider al-Assadee

De schattingen lopen uiteen: van ruim 1 miljoen tot bijna 2 miljoen. Historici stellen dat de geschiedenis van Afrikaanse slaven in Irak in de negende eeuw begon. De dynastie van de Abbassiden begon toen slaven te importeren uit oostelijk Afrika. Zij werden te werk gesteld in het zuiden van Irak. Ze moesten daar, onder vaak erbarmelijke omstandigheden, de moerassen droogleggen. Tot op heden worden ze ”Zanj” genoemd. Dat is een verwijzing naar Zanzibar, ”land van de donkere mensen”.

De import van Afrikaanse slaven in Irak duurde zo’n duizend jaar. Hun nakomelingen leven vooral in het zuiden van Irak. Dat is volgens deskundigen de reden dat hun positie nooit een nationaal thema is geworden. Studies wijzen uit dat zij tot de armste lagen van de bevolking behoren. Ze zijn vooral werkzaam als schoonmakers, dansers en musici. Ze worden niet gevonden binnen de rangen van politie en leger of in overheidsambten.

Deze Afro-Iraakse minderheid begon zich te mobiliseren na de val van Saddam Hussein in 2003. Ze vonden een voorvechter in Jalal Diab Thiyab, die in 2007 de ”Vrije Iraakse Beweging” oprichtte. Daarmee beoogde hij een einde te maken aan de marginalisering van deze bevolkingsgroep. Een belangrijk doel was officiële erkenning als minderheid, zodat er bij verkiezingen voor hen een vast quotum voor vertegenwoordiging in het parlement werd vastgesteld.

Politieke moord

De Afrikaanse Irakezen werden bemoedigd toen Barack Obama in 2008 zijn intrek in het Witte Huis nam. De nakomelingen van Afrikaanse slaven kregen echter bitter weinig hulp uit de Verenigde Staten, die vooral bezig waren met het bestrijden van terrorisme in Irak. Dit weerhield Thiyab er echter niet van om zich kandidaat te stellen voor het parlement in Bagdad. Hij kreeg nooit de kans zijn droom te verwezenlijken, want in 2013 werd hij gedood. Alles wees op een politieke moord. Het is veelzeggend dat de autoriteiten de aanslag nooit hebben onderzocht. Voor de Afro-Irakezen werd Jalal hun Martin Luther King. Een martelaar.

De dood in 2020 van George Floyd in de VS was voor de Afro-Irakezen opnieuw een mijlpaal. Ze zagen in de Amerikaanse ”Black Lives Matter”-beweging een weerspiegeling van hun eigen strijd om erkenning. Ze probeerden een herdenking voor Floyd te organiseren, maar dat verboden de autoriteiten, officieel vanwege de coronacrisis.

Het is voor minderheden in Irak vaak beter om zich niet te identificeren met westerse bewegingen of organisaties. De Iraakse parlementariër Fatima al-Zarkani zei ooit na de moord op Jalal Thiyab dat „buitenlandse elementen zwarte Irakezen gebruiken om de geledingen van de Iraakse samenleving tegen elkaar op te zetten.”

Sinds 2003 is de positie van Afro-Irakezen nauwelijks verbeterd. Irak is nog mijlenver verwijderd van een eigen versie van Martin Luther King’s Dag.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer