„Ik kwam bij op de tweede verdieping van een hotel”
Patrick van der Herberg heeft met zijn gezin de vloedgolven op het Thaise eiland Ko Phi Phi op wonderbaarlijke wijze overleefd. Hij werd met zijn vrouw en twee dochters op het strand door het watergeweld gegrepen. „Ik kwam bij op de tweede verdieping van een hotel”, vertelde hij maandag voor het stadhuis van Phuket-stad.
De Nederlander was met zijn vrouw Erika en zijn dochters Kim en Chris op het strand, toen de golven aankwamen. „Ik vond ze er niet zo hoog uitzien. Ik pakte een tafeltje om onze spullen op te zetten, zodat die niet nat zouden worden”, vertelt Patrick. „Voor ik het wist tuimelde ik ondersteboven en dacht ik dat ik verdronk. Toen ik een beetje bijkwam, lag ik dus op de tweede etage van een hotel.”
Hij is een van de Nederlanders die in het centrum van Phuket-stad hun toevlucht in het stadhuis hebben gezocht. Dat is tijdelijk ingericht als crisiscentrum. Voor het stadhuis staan grote borden met lijsten van honderden doden en onbekende mensen die in ziekenhuizen zijn opgenomen. „Als je hun naam weet, geef ons dan informatie”, staat in het Engels op een bord. Er hangen onder meer tientallen foto’s van ernstig verminkte lichamen.
In de hal van het stadhuis hebben medewerkers van verscheidene ambassades bureaus ingericht om hun landgenoten op te vangen. Namens de Nederlandse ambassade in Bangkok is Simone Duykers afgevaardigd. „Vanaf 22.00 uur heb ik met zo’n dertig families contact gehad”, vertelt ze. „Het gaat bijna in alle gevallen om familieleden die elkaar zijn kwijtgeraakt. Veel zijn er nog weg, maar er worden ook veel mensen weer bij elkaar gebracht.”
Onder die laatste categorie behoort ook het gezin Van der Herberg. Vader Patrick wist zijn dochter Kim nog bij zich te houden, maar raakte zijn vrouw en andere dochter kwijt in het woeste water. „Het laatste wat ik van mijn vrouw zag, was dat ze op een stuk hout voor de kust dreef. Gelukkig heb ik haar en mijn andere dochter weer kunnen terugvinden”, zegt hij opgelucht. „Ze maken het goed, ook Kim, die door de vloedgolf door een raam werd gesleurd.”
Het Nederlandse meisje heeft een aantal hechtingen in haar buik, maar ze mocht het ziekenhuis verlaten. Het gezin moet nu net als tientallen anderen in het puin bivakkeren.
De gestrande reizigers krijgen van vrijwilligers eten en drinken. „We krijgen heel veel hulp van de lokale bevolking”, weet Van der Herberg. „Maandag hebben we bij mensen thuis geslapen en kregen we de hele dag eten en drinken aangeboden.”
Op de luchthaven van Phuket was het maandagavond ook een chaos. Grote hoeveelheden toeristen willen maar een ding: zo snel mogelijk het eiland verlaten. Dat leidt tot chaotische taferelen. De vertrekhal is afgeladen met honderden mensen die er alles aan doen om een vliegtuigstoel te bemachtigen.
Een medewerker van het boekingskantoor probeert wanhopig aan te geven dat hij te maken heeft met een nieuw boekingssysteem en dat dat problemen oplevert. Bezwete mensen, die paniekerig heen en weer lopen, omringen hem. Veel van hen hebben verband om hun voeten, benen en hoofd. De meeste zijn Duitse en Scandinavische toeristen, maar er lopen ook enkele Nederlanders.
Onder hen is Piet Oudejans uit Arnhem. Ook hij blijkt door het oog van de naald te zijn gekropen. Op het moment dat vloedgolven Phuket overspoelden, was hij met duikers met een boot op zee.
Kennelijk bevond de boot zich op een deel dat in de luwte lag. „Het enige dat wij merkten was dat het water steeg en daarom mochten we niet meer duiken”, verhaalt Oudejans. „Pas toen we aan land werden gezet, zagen we wat voor schade er was aangericht. We kwamen in een enorme chaos terecht, omdat het gerucht ging dat er nog meer vloedgolven op komst waren. Toen zijn we snel landinwaarts getrokken. Nu wil ik hier zo snel mogelijk vandaan, naar Bangkok.”
Na een halfuur weet Piet Oudejans de voorste rij te bereiken. Hij bemachtigt uiteindelijk een ticket om het eiland te verlaten.