Tornadofotograaf Janssen: Er viel weleens een boom vlakbij de auto
Verwoestende tornado’s, knetterende onweersbuien, hagelstenen zo groot als tennisballen: Wilfred Janssen jaagt met zijn camera op weersverschijnselen waar de meeste mensen ver vandaan vluchten.
Zelfs na achttien jaar weet meteoroloog Wilfred Janssen (30) nog precies wanneer zijn interesse voor extreem weer werd gewekt. Het is 17 juli 2004 en een zware onweersbui met een „indrukwekkende wolkenlucht” trekt over Nederland.
Janssen is dan 12 jaar. Vol aandacht drukt hij zijn neus tegen de ruit om de bui te volgen. Als de bui is overgetrokken, blijft de voorliefde van Janssen voor opvallend weer hem bij. Hij is buiten te vinden als het onstuimig is, soms tot ongenoegen van zijn ouders, die hem liever in de veiligheid van het huis zien. Steeds meer gaat hij zich verdiepen in de meteorologie. Zo leest hij er allerlei boeken over. Van zijn hobby maakt hij zijn studie en later zijn werk als meteoroloog bij Weerplaza. Als hij geen dienst heeft op zijn werk en het stormt of onweert stevig, gaat hij met zijn camera op pad. Het liefst vliegt hij naar de Verenigde Staten om daar bijzondere weersverschijnselen vast te leggen.
Groot of klein, dat maakt niet uit, maar tornado’s wil de meteoroloog zien als hij ervoor naar de andere kant van de oceaan vliegt. „Het meest fotogeniek is de wolkenlucht die zo’n onweersbui voortbrengt”, vindt Janssen. „Een tornado is maar een klein deel van de bui. Het is de slurf die onder een wolkendek hangt van soms wel vijftien bij twintig kilometer. Die maakt het geheel schitterend compleet.”
Een tornadojaagtrip heeft Janssen inmiddels vier keer gemaakt. De laatste keer in mei 2021, midden in het seizoen. Het heftigste exemplaar dat hij ooit zag langskomen, was gelijk op zijn eerste reis naar het overzeese, in mei 2016. „Dat was een tornado van de op-een-na-zwaarste categorie. Die was ruim anderhalf uur aan de grond. Dat is erg lang. We zijn toen constant in de buurt van de bui gebleven.”
Janssen en zijn reisgenoten moeten in zo’n geval voortdurend alert zijn. „Onze veiligheid staat altijd voorop. Tegelijkertijd willen we mooie beelden schieten. Al is de een daar fanatieker in dan de ander. Het uitdagende is dat je bij het weer maar één kans krijgt. Ik kan een bui niet terugroepen. En we zijn compleet afhankelijk van de omgeving en het licht. Op beide hebben we geen invloed. De tornado bepaalt waar we staan.”
De keerzijde van het stormjagen is de ellende en de schade die het weersverschijnsel met zich meebrengt. „Ik zie weleens taferelen die andere mensen liever niet zien”, zegt Janssen. „Denk aan verwoeste dorpjes, omgevallen bomen of mislukte oogsten. Ook heb ik wel personen gesproken die alles hebben verloren bij een tornado. Wij staan te juichen, maar soms wordt het levenswerk van mensen in enkele seconden verwoest.”
Grillen
Tornado’s opzoeken in plaats van ervandaan vluchten is niet zonder gevaar. Toch is Janssen nooit in een levensbedreigende situatie terechtgekomen. „Het is weleens gebeurd dat de bliksem iets te dichtbij insloeg, of dat een boom vlak voor de auto op de weg viel. Maar we zijn nooit de controle kwijtgeraakt, dat we waren overgeleverd aan de grillen van een bui. Dat is maar goed ook, want in de Verenigde Staten kunnen hagelstenen vallen van vijftien centimeter doorsnede met tweehonderd kilometer per uur. Komen die op je hoofd, dan overleef je dat niet.”
Als de meteoroloog en zijn kornuiten op reis gaan, letten ze daarom scherp op hun veiligheid, ook in het verkeer. „We kijken natuurlijk naar onze plek ten opzichte van de bui, de heftigheid van het weer en de blikseminslagen in onze buurt. Maar ook het verkeer rond een tornado is vaak chaotisch en soms gevaarlijk. Mensen raken in paniek en proberen zo snel mogelijk weg te komen. Wij gaan juist op de storm af en weten wat er aan de hand is.”
Op de mensen die Janssen tegenkomt hebben de stormen grote impact. „Een tornado van de zwaarste categorie noemen ze soms „the finger of God” (Gods vinger, KJO). Dan lijkt het in hun ogen alsof Hij met Zijn hand een streep trekt over het landschap vanuit de hemel naar de aarde. Zelf bekijk ik tornado’s meer van de wetenschappelijke kant, maar ik zie wel dat mensen steun halen uit hun geloof als een storm zijn sporen trekt.”