Extra beperkingen voor scheepvaart nog niet nodig
Rijkswaterstaat en de waterschappen proberen extra beperkingen voor de scheepvaart door de extreem lage waterstanden uit te stellen. Het helpt dat de Rijn bij Lobith rond het weekeinde een kleine piekafvoer zal hebben doordat het begin deze week hard heeft geregend in Zwitserland. De waterbeheerders proberen het kleine beetje extra water vast te houden zodat maatregelen als eenrichtingsverkeer op de IJssel en afsluiting van sluiscomplexen nog niet nodig zijn, staat in de droogtemonitor van de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW).
Bij het Gelderse Eefde, waar de IJssel de drukbevaren Twentekanalen van water moet voorzien, draaien nu drie tijdelijke pompinstallaties. De Zuidersluis in het sluizencomplex is gesloten, omdat die nu dient als pompstraat. In de Noordersluis geldt dat schepen er alleen door kunnen na telefonisch overleg en een wachttijd. De sluisbeheerders zien wel dat het aanbod van schepen in Eefde terugloopt. De Twentekanalen zijn de belangrijkste verbinding voor de scheepvaart vanuit de havens naar Noord-Duitsland, maar er is door de droogte al weken sprake van beperkingen.
Rijkswaterstaat wil de waterstand op de Nederrijn tussen Driel en Amerongen ophogen met de kleine piekafvoer die eraan komt. Als dat lukt kunnen stremmingen voor beroeps- en recreatievaart worden uitgesteld. Daarvoor zijn wel rivierkundige berekeningen nodig, om te voorkomen dat de wateraanvoer naar de IJssel terugloopt, waardoor de Twentekanalen toch in de problemen komen, aldus de LCW.
De scheepvaart heeft in heel Nederland en België te maken met omvaarroutes en wachttijden, aldus de LCW. Bij Terneuzen geldt vanaf deze week een lange wachttijd, omdat daar de sluizen twee uur voor en twee uur na laagwater niet meer opengaan, om water te besparen. Op de Maas zijn de boeien die aangeven waar recreatieschippers mogen varen verwijderd. De beroepsvaart moet er rekening mee houden dat plezierjachtjes in de hoofdvaargeul zitten.