Sri Lanka vernieuwt noodtoestand voorafgaand presidentsverkiezing
De Sri Lankaanse interim-president Ranil Wickremesinghe heeft de noodtoestand vernieuwd, enkele dagen voordat het parlement een nieuwe president kiest. De eerder uitgeroepen noodtoestand was niet door het parlement bekrachtigd, wat wel nodig is.
De maatregel werd vorige week afgekondigd toen voormalig president Gotabaya Rajapaksa na antiregeringsprotesten naar het buitenland vluchtte. De verlenging van de maatregel is volgens Wickremesinghe nodig „in het belang van de openbare veiligheid”. Hij wil met hulp van politie en strijdkrachten de situatie onder controle brengen.
Tijdens een noodtoestand kan het leger mensen arresteren en vasthouden. Verder kan de president regels invoeren die in strijd zijn met bestaande wetten, maar volgens hem nodig zijn om onrust te beëindigen. Vanwege de presidentsverkiezing op 20 juli, waar Wickremesinghe als de grote kanshebber wordt gezien, zijn de beveiligingsmaatregelen al opgeschroefd.
Sri Lanka gaat gebukt onder een enorme economische crisis die een protestgolf op gang heeft gebracht. Rajapaksa en zijn familie worden door betogers mede verantwoordelijk gehouden voor de grote prijsstijgingen en tekorten aan voedsel, brandstof en medicijnen. Demonstranten hebben maandenlang om zijn aftreden geëist en willen nu ook dat Wickremesinghe opstapt.
Wickremesinghe werd vrijdag beëdigd als interim-president van het Aziatische land, nadat het parlement het ontslag van Rajapaksa had geaccepteerd. De 73-jarige politicus was daarvoor premier, een functie die hij in totaal zes keer heeft vervuld.