In het nieuwe stelsel worden uitkeringen afhankelijker van financiële prestaties van de pensioenfondsen. Dat betekent dat pensioenen bij tegenspoed sneller worden gekort, maar in betere tijden ook sneller kunnen stijgen. Volgens KPMG hebben fondsen een „enorme klus te klaren” bij de overgang naar het nieuwe stelsel, ook omdat er veel zaken tegelijkertijd veranderen.

De kosten tijdens de overgang lopen enorm op, concluderen de onderzoekers. Deze kosten zullen naar verwachting wel weer gaan dalen als de nieuwe pensioenregelingen van kracht zijn. Maar slechts een vijfde van de ondervraagde pensioenbestuurders denkt dat de administratielasten bij het nieuwe pensioenstelsel structureel lager zullen uitvallen, afgezet tegen de kosten onder de oude pensioenregeling.

Dat het merendeel van de fondsen verwacht dat de administratieve rompslomp toeneemt, noemt KPMG opmerkelijk. Juist omdat bij wet een afname was beloofd.