Allawi: Gevaar burgeroorlog dreigt in Irak
De Iraakse premier Ayad Allawi heeft maandag gewaarschuwd dat opstandelingen de verschillende bevolkingsgroepen in Irak tegen elkaar op willen zetten om een burgeroorlog uit te lokken en de verkiezingen van 30 januari te saboteren.
Leden van de regering waarschuwen al langer voor een burgeroorlog. Allawi leek die mogelijkheid tot dusver te bagatelliseren. Hij zei dat de regering in de aanloop naar de verkiezingen op 30 januari meer aanslagen verwacht, maar zich daardoor niet zal laten afschrikken.
Allawi gaf de waarschuwing een dag nadat in de sjiitische heilige steden Najaf en Karbala 67 doden waren gevallen bij aanslagen met autobommen. De politie in Najaf zei maandag opnieuw een autobom onschadelijk te hebben gemaakt. In Karbala ontplofte een auto bij een controlepost van de politie, maar daarbij vielen geen gewonden. De bestuurder van de auto werd gearresteerd. Wel zijn in Irak intussen meer dan vijftig mensen gearresteerd na de autobomaanslagen van maandag.
Sjiitische leiders geven soennieten de schuld van de aanslagen, maar roepen hun volgelingen op geen wraak te nemen. De sjiieten maken 60 procent van de bevolking uit en zij hopen via de verkiezingen onder de jarenlange onderdrukking door de soennitische minderheid uit te komen.
De aanslagen ondergraven het vertrouwen van de bevolking in de verklaringen van Amerikaanse militaire bevelhebbers dat met de inname vorige maand van het opstandelingenbolwerk Fallujah aan het Iraakse verzet een zware klap is toegebracht. De Amerikaanse president Bush gaf maandag toe dat het geweld een groot probleem blijft in Irak, waar het door de Amerikanen opgeleide nieuwe Iraakse leger niet tegen opgewassen is. Hij waarschuwde dat de verkiezingen nog maar het begin zijn van een lang proces naar democratie. „Ik verwacht zeker niet dat dit proces vlekkeloos zal zijn”, zei Bush.
Bush stelde zich op een persconferentie opnieuw vierkant achter zijn minister van Defensie, Donald Rumsfeld, die zwaar onder vuur ligt -ook vanuit de Republikeinse Partij-, maar die volgens Bush nog steeds uitstekend werk verricht en de meest geschikte persoon voor zijn post is.
Het hoofd van de Iraakse kiesraad heeft maandag extra bescherming gevraagd voor zijn medewerkers, nadat drie van hen zondag door tientallen opstandelingen in een drukke straat in Bagdad uit hun auto waren gesleurd en werden doodgeschoten. „Wij doen een beroep op de Iraakse regering en de gehele bevolking om onze medewerkers te beschermen”, zei Abdul Hussein al-Hindawi. „Wij hebben geen echte bescherming omdat wij overal in het land werken en er meer dan 6000 medewerkers zijn.”
In New York sprak secretaris-generaal Kofi Annan van de Verenigde Naties zijn scherpe afkeuring over het geweld uit. Hij riep de Irakezen op „bijeen te komen in een geest van nationale verzoening”, aldus Annans woordvoerder Fred Eckhard. „Niets kan het doden van onschuldige burgers en de kille moord op verkiezingsmedewerkers rechtvaardigen.”
De Iraanse geestelijk leider ayatollah Ali Khamenei heeft de VS en Israël maandag de schuld gegeven van de recente aanslagen in Irak. Ook zei hij dat de VS en Groot-Brittannië volgende maand schijnverkiezingen willen organiseren in Irak om de controle over de olievoorraden van het land te behouden.
De laatsten van de 300 Hongaarse militairen in Irak zijn maandag uit dat land vertrokken. Zij zitten nu in Koeweit en zullen voor de Kerst weer thuis zijn, heeft een woordvoerder van het ministerie van Defensie gezegd.