Wel maakte hij duidelijk dat zijn groep niet zomaar akkoord zal gaan. „Wat niet mogelijk is, is het accepteren van een wapenstilstand waarin het lijden van onze mensen voortduurt”, zei al-Mashat in een tv-toespraak, waarin hij opriep tot een wapenstilstand die tot „humanitaire en economische voordelen leidt”.

De strijdende partijen in Jemen stemden begin april in met een staakt-het-vuren van twee maanden, mede dankzij bemiddeling door de speciale VN-gezant voor Jemen, Hans Grundberg. De overeenkomst betekende ook dat schepen die brandstof vervoeren de door Houthi-rebellen bezette Hodeidah-haven weer mogen aandoen. Tevens kon er weer worden gevlogen van en naar de luchthaven van Sanaa, de grootste stad van Jemen.

Grundberg liet toen al weten dat het staakt-het-vuren met instemming van beide partijen zou kunnen worden verlengd.

In Jemen woedt al zeven jaar een oorlog tussen Houthi-rebellen en de regering. De Houthi’s krijgen daarbij steun van Iran, terwijl de regering geholpen wordt door onder meer Saudi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten.