Privé–leven werd Britse minister Blunkett fataal
David Blunkett, de Britse Labour–minister van Binnenlandse Zaken die woensdagavond is opgestapt, kwam door zijn privé–leven in opspraak. Een onderzoek naar vermeend misbruik van zijn positie als minister ten gunste van zijn vriendin Kimberly Quinn, bracht schade aan zijn eigen integriteit en die van de regering van premier Blair.
Blunkett wordt ervan beschuldigd dat hij zou hebben bespoedigd dat de Filipijnse au–pair van de getrouwde Kimberley een verblijfsvergunning kreeg. De ex–minister heeft de aantijgingen altijd ontkend en had zelf gevraagd om een onderzoek naar de visumaffaire. Dat wordt uitgevoerd door Sir Alan Budd, een voormalig topambtenaar, die een van de komende dagen met zijn bevindingen komt.
De veelgeplaagde bewindsman kwam woensdag nog verder in de problemen door een nieuwe aantijging dat hij het kindermeisje van zijn ex–geliefde ook zou hebben geholpen met het bemachtigen van een toeristenvisum voor Oostenrijk. De Oostenrijkse ambassadeur in Londen zei later op de dag dat de vrouw haar visum wel via de officiële kanalen had gekregen, maar het kwaad was al geschied.
De 57–jarige Blunkett is vanaf zijn geboorte blind. Hij groeide op in armoede, nadat zijn vader was omgekomen bij een bedrijfsongeval. Vastberaden zijn handicap te overwinnen, wist hij na de blindenscholen in Sheffield en Shrewsbury een plaats te bemachtigen op de universiteit van Sheffield.
Op zijn 22e jaar werd hij het jongste gemeenteraadslid ooit van Sheffield. In de jaren tachtig was hij daar een bekende figuur van de linkervleugel en werd hij gekozen in de nationale bestuurscommissie van de Labour Party.
Bij de verkiezingen van 1987 werd hij parlementslid voor Sheffield Brightside. Tony Blair, in 1994 de nieuwe partijleider van Labour, beschouwde de onderwijsspecialist al snel als een favoriet. Na de verkiezingsoverwinning in 1997 werd Blunkett de eerste blinde minister van Groot–Brittannië.
Blunketts portefeuille van onderwijs en werkgelegenheid speelde een belangrijke rol in de regering van Blair, die bij zijn aantreden als premier had aangekondigd dat zijn prioriteiten „onderwijs, onderwijs en onderwijs" waren. Als minister van Onderwijs nam de in sociaal opzicht als behoudend geldende Blunkett toen een omstreden maatregel: de invoering van collegegeld op openbare universiteiten, die altijd gratis waren geweest.
Aan het begin van de tweede regeringstermijn van zijn partij in 2001 werd Blunkett minister van Binnenlandse Zaken. Met immigratie– en asielbeleid als speciale aandachtsgebieden, deed hij een aantal impopulaire uitspraken en voorstellen. Zo riep hij leden van etnische minderheden op „meer gevoel van thuishoren" in Groot–Brittannië te ontwikkelen. Daartoe zouden ze onder meer thuis Engels moeten spreken.
Tegen vluchtelingen uit Afghanistan en Kosovo had hij gezegd dat ze „terug naar huis" moesten gaan om te beginnen met de wederopbouw van hun land. Momenteel probeert de minister een verplichte identiteitskaart ingevoerd te krijgen, wat velen zien als een inbreuk op de burgerrechten.
De politiek leek voor Blunkett tot nu toe altijd belangrijker dan zijn persoonlijke leven, zeker na zijn scheiding in 1990. Hij was twintig jaar getrouwd. Uit dat huwelijk heeft Blunkett drie zonen. In een interview zei hij in 2001 dat hij zijn trouwring was blijven dragen „om ervoor te zorgen dat mensen niet zomaar denken dat ik beschikbaar ben". „Ik ben niet beschikbaar, omdat ik gewoon verder ga met mijn werk", voegde hij eraan toe.
In dat jaar ontmoette hij Kimberly Quinn, die toen nog geen drie maanden getrouwd was met haar tweede man. De 43–jarige van oorsprong Amerikaanse verbrak de relatie deze zomer, omdat zij haar huwelijk zou willen redden.
Blunkett kwam daarop negatief in het nieuws door het proces dat hij is begonnen om te bewijzen dat hij de vader is van het zoontje van Kimberley en het kind dat zij begin volgend jaar verwacht.