Er is geen Bijbeltekst die zegt dat er in de christelijke gemeente een priester moet zijn, zegt Ebner. In het Oude Testament waren er priesters. „Volgens Handelingen 6:7 geloofden veel tempelpriesters ook in Christus. Maar ze kregen geen functie in de gemeente. Dat is om principiële redenen. Verschillende Schriftplaatsen in het Nieuwe Testament leggen de grond voor een gemeentetheologie. Daarin wordt alles wat strikt gebonden was aan de priesterlijke offerrituelen in de tempel in Jezus’ tijd in handen van de gedoopten gelegd.” Ebner duidt dat als een positieve ontwikkeling.

Een belangrijke tekst voor Ebner als het gaat over de rol van de priester rond de sacramenten is Galaten 3:26-28: „Want gij zijt allen kinderen Gods door het geloof in Christus Jezus. Want zovelen als gij in Christus gedoopt zijt, hebt gij Christus aangedaan. Daarin is noch Jood noch Griek; daarin is noch dienstbare noch vrije; daarin is geen man en vrouw; want gij allen zijt een in Christus Jezus.” De tekst zegt volgens Ebner dat allen in de gemeente gelijk zijn, bij de doop en ook bij het avondmaal.

De priester heeft ook geen bijzondere plaats tussen de rooms-katholieke misbezoeker en God, stelt Ebner. In de tijd van Jezus hadden de priesters en in het bijzonder de hogepriester wel die rol. „Vooral de hogepriester, als die eenmaal per jaar het Heilige der Heiligen binnenging, op de Grote Verzoendag, en symbolisch bloed sprenkelde op het zogeheten verzoendeksel, wies hij het vuil weg tussen God en de mens. De betekenis van Jezus’ dood is echter, dat God Zelf door Zijn dood Jezus tot de Verzoening heeft gemaakt. Daarmee is de bemiddeling tussen God en de mens tot een geloofszaak geworden die voor iedereen openstaat”, en niet alleen via priesters kan of moet gebeuren, aldus Ebner.

Het is Gods werk dat Hij in de dood van Jezus een weg voor Zichzelf heeft geopenbaard waarbij geen priesters, riten en tempels nodig zijn, concludeert de theoloog. „Het is te lezen in Romeinen 3. Dat was al een zeer vooruitstrevende boodschap in de tijd van Paulus rond 55 na Christus”, aldus Ebner in de Kirchen Zeitung.

Ebner erkent dat de structuur van de Rooms-Katholieke Kerk geheel is toegesneden op het priesterschap. „Zonder priesters gaat het niet: eucharistieviering, prediking, parochieleiding, alles is aan hen gebonden. Maar in West-Europa daalt het aantal beschikbare priesters snel. Er zijn bijna geen aanmeldingen meer (voor de priesteropleiding – red.).” Het Nieuwe Testament houdt de kerk in zijn huidige setting een spiegel voor, vindt Ebner.