Buitenland

EU nog niet op één lijn over Turkije

De EU-landen zijn het nog niet eens over de voorwaarden die verbonden worden aan de toetredingsonderhandelingen met Turkije. Premier Balkenende sluit moeilijkheden tijdens de top van later deze week niet uit, maar verwacht uiteindelijk wel groen licht voor het starten van de beoogde besprekingen.

Buitenlandredactie
14 December 2004 10:43Gewijzigd op 14 November 2020 01:59

Enerzijds dringen vooral Frankrijk, Oostenrijk, Denemarken en Slowakije aan op strenge bepalingen. Zij zouden eigenlijk liever een geprivilegieerd of bevoorrecht partnerschap aanbieden als einddoel van de te starten procedure dan een volwaardig lidmaatschap. Anderzijds waken met name Duitsland, Groot-Brittannië, Spanje en Italië er juist voor dat Turkije geen zwaardere voorschriften krijgt opgelegd dan gebruikelijk voor aspirant-leden.

De ministers van Buitenlandse Zaken waren maandag in Brussel bijeen om de beslissende vergadering van de regeringsleiders van aanstaande donderdag en vrijdag voor te bereiden. Zij bereikten ook nog geen akkoord over een concrete datum waarop het officiële overleg met de betrokken natie zal aanvangen.

Minister Bot benadrukte na het beraad dat een plan B, dat voorziet in een speciale status als alternatief voor een volledige aansluiting, wat hem betreft niet aan de orde is. Nederland voert als huidig EU-voorzitter de regie over de discussie. „Het besluit dat moet vallen, handelt over de vraag of de Unie gaat praten over het lidmaatschap of niet”, aldus de bewindsman. Daar voegde hij echter aan toe dat de onderhandelingen een open einde zullen hebben, in die zin dat niet op voorhand gewaarborgd is dat zij succesvol worden afgerond.

Bot toonde zich niet al te zeer onder de indruk van de harde taal die af en toe klinkt uit de richting van Ankara. Premier Erdogan heeft al diverse keren laten weten dat hij geen nieuwe voorwaarden zal accepteren. Volgens Bot zijn er „nog geen rode lijnen overschreden.”

Hij tekende daarbij aan dat Turkije zich flexibeler moet opstellen ten opzichte van Europa dan omgekeerd. „Zíj willen toetreden tot de Unie; wij willen niet toetreden tot Turkije”, lichtte hij toe.

Ook de kwestie-Cyprus vormt een heikel punt. De regering in Nicosia staat erop dat Turkije het land in de Middellandse Zee erkent, maar de autoriteiten van de kandidaat-lidstaat voelen daar voorlopig niets voor. Toch zegt Bot dat hij ervan overtuigd is dat dit probleem geen struikelblok zal zijn. De Cyprioten hebben tot dusver niet gedreigd met een veto. „Wij geven er de voorkeur aan in dit stadium daaraan niet te denken”, verklaarde minister van Buitenlandse Zaken Iacovou in Brussel.

Balkenende sprak maandag in Berlijn met bondskanselier Schröder en reisde vervolgens naar Parijs voor een gedachtewisseling met president Chirac. Vandaag had hij in Wenen een ontmoeting met zijn Oostenrijkse ambtgenoot Schüssel.

De premier bespeurde bij Schröder en Chirac „een constructieve geest”, maar hij acht het mogelijk dat deze hoofdrolspelers de kat uit de boom kijken. Chirac verkeert in een lastige positie, gezien de opvattingen onder de Franse bevolking. Uit een opiniepeiling van het dagblad Le Figaro blijkt dat 67 procent van de burgers toetreding van Turkije tot de EU afwijst.

In het ministersoverleg in de Belgische hoofdstad kwam Frankrijk opeens op de proppen met de eis dat Turkije dient in te stemmen met een veroordeling van het op grote schaal vermoorden van Armeniërs, in het begin van de vorige eeuw, en met de aanduiding genocide in dat verband.

Balkenende is in de laatste dagen van de aanloop naar de top vooral bezig, zoals hij zelf zegt, met „goed luisteren” en „het inventariseren van de gevoeligheden.” Hij hoopt aan de hand van zijn bevindingen de witte vlekken in de ontwerpconclusies op een voor alle partijen aanvaardbare wijze te kunnen invullen.

De ministers van Buitenlandse Zaken werden het er maandag over eens dat de onderhandelingen met Kroatië, dat eveneens in de toekomst bij de Unie wil behoren, volgend jaar april zullen aanvangen. Voorwaarde is dat de regering in Zagreb meewerkt met het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag en onder meer de van oorlogsmisdaden verdachte generaal Gotovina overdraagt aan die instelling. Openbaar aanklager Del Ponte van het tribunaal heeft vorige maand in de VN-Veiligheidsraad geklaagd over onvoldoende coöperatie van Kroatische zijde.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer