Houd uitdrukking ”inspiratie” zuiver
In reacties op het artikel ”Psalmen bieden de rijkste aanbidding” (RD 21-2) staat een veelgemaakte vergissing rond het begrip ”inspiratie”. Het is van groot belang om de uitdrukking ”inspiratie van de Bijbel” zuiver te houden.
Over welke vergissing gaat het? Deze, dat de inspiratie van de Bijbel wordt verward of op één lijn wordt gesteld met een algemene en veel bredere betekenis van het woord inspiratie.
De vergissing blijkt uit zinnen als: „De Heilige Geest werkt echter gelukkig nog steeds en inspireert mensen om nieuwe liederen te maken.” En: „Als wordt beweerd dat alleen de psalmen en enkele andere Bijbelse liederen werden geïnspireerd, wordt het werk van de Heilige Geest, door de eeuwen heen, sinds Handelingen 2, onderschat.”
Bezieling
Een dichter kan inspiratie ontvangen om te dichten, een schilder om te schilderen, een architect om een woning te ontwerpen. Inspiratie betekent dan iets als creatief nadenken, een mooie ingeving of, sterker, bezieling krijgen. Niemand zal dit willen verwarren met de inspiratie van de Bijbel.
Maar, zo luidt de tegenwerping, de Heilige Geest werkt toch nog en inspireert toch mensen? Ondanks al onze zonden, werkt de Heilige Geest nog, om Christus’ wil. Dat is een wonder. Dit werk van Gods Geest leidt ertoe dat kinderen van God het onder woorden brengen. Dat kan gebeuren in een brief, in een meditatie of in een lied. Een voorbeeld is het inhoudsvolle lied ”Eens was ik een vreemd’ling…” (graag in de oorspronkelijke versie of in de berijming van ds. C. J. Meeuse) van Robert Murray M’Cheyne, de godvruchtige Engelse predikant die in 1843 op 29-jarige leeftijd overleed. Onlangs verscheen de mooie bundel ”Zie Christus’ liefde, rijk en vrij”, met door ds. H. Brons vertaalde hymnes. Echter, hoe mooi deze liederen ook zijn, ze zijn niet geïnspireerd op de manier waarop de Bijbel is geïnspireerd.
Feilloos
Ds. G. H. Kersten heeft een en ander helder verwoord in zijn ”Gereformeerde Dogmatiek” (deel 1, blz. 29-30). De inspiratie van de Bijbel is de „gans bovennatuurlijke werking des Heiligen Geestes, welke de schrijvers, beide zowel in de keuze en verdeling hunner stof, als in hun denken en uitdrukking op zulk een wijze geheel bestuurde, dat zij de openbaring Gods feilloos uitdrukten.” Het gaat bij inspiratie dus over de openbaring Gods. Het maken van een lied is wezenlijk anders dan het uitdrukken van Gods openbaring. Die openbaring staat in de Bijbel en beperkt zich tot de Bijbel. Het is van groot belang om ook het begrip ”openbaring” zuiver te houden.
Ds. Kersten schrijft vervolgens dat de inspiratie van de Bijbel onderscheiden moet worden van de geestelijke verlichting van Gods kinderen. „De inspiratie heeft een geheel eigen karakter.”
Gezag
Is deze uiteenzetting een woordenspel? Allerminst! Dat is, naar ik hoop, duidelijk geworden. Het is een poging om het unieke van de Bijbel, en dus van de psalmen, onder de aandacht te brengen. De Bijbel is, zo schrijft ds. Kersten, „een onfeilbare regel van geloof en leer en leven, waarvan wij niet mogen afwijken.” Want hij is Gods openbaring. En dat kunnen allerlei liederen, hoe mooi ook, nooit zijn.
Kortom, we doen tekort aan Gods Woord als we de inspiratie door de Heilige Geest uitbreiden buiten de Bijbel om. Zo hoog mogen we het werk van zondige mensen beslist niet neerzetten, ook niet met een beroep erop dat ze door de Heilige Geest zijn geïnspireerd. Want, dat waren alleen de Bijbelschrijvers.
Psalm 1
Opwekkingsliederen gaan in een aantal gevallen terug op Bijbelteksten. Maar laten we ons niet vergissen. Bijvoorbeeld opwekkingslied 244, ”Welzalig de man, die niet wandelt…”, gaat terug op Psalm 1, maar stopt wanneer de psalm over de goddelozen en hun lot spreekt. Dat is ingrijpend, omdat de ernst van Gods Woord over de twee wegen wordt verzwakt. Over het geheel genomen biedt hedendaagse opwekkingsmuziek geen evenwichtige vertolking van de Bijbel, zo heb ik in het boekje ”Opwekkingsmuziek” uiteengezet.
Rijkdom
Het is zeker waar dat alleen de onberijmde psalmen zijn geïnspireerd en dat er aan psalmberijmingen bezwaren kleven. Maar dan is het altijd mogelijk om terug te gaan tot de onberijmde, geïnspireerde tekst uit de Bijbel.
Ik ben er een hartelijk voorstander van dat alle psalmen die de Heere aan Zijn Kerk gaf, gezongen worden, ook de meer onbekende. Zo komt de gemeente in aanraking met de rijkdom van het psalmboek. Dat alleen al kan een tegenwicht zijn tegen de hang naar opwekkingsmuziek, die eerder een verarming dan een verrijking is van het kerkelijk leven.
De auteur is predikant van de gereformeerde gemeente te Middelburg-Centrum.