OM: verdachten liquidatieproces Eris ‘handelden in de dood’
„Handel in de dood van mensenlevens als verdienmodel. Woorden schieten hiervoor tekort.” Dat zei de officier van justitie vrijdag bij de onderbouwing van de strafeisen in het liquidatieproces Eris, rond motorclub Caloh Wagoh. Het OM zal die strafeisen vrijdagmiddag in de extra beveiligde rechtszaal op Schiphol bekendmaken. Delano ‘Keylow’ R., oprichter van de motorclub, is in de optiek van justitie het onbetwistbare middelpunt van de megazaak. Hij nam volgens het OM de moordopdrachten aan zette deze uit.
In de ogen van het OM leidde R. (51) „een criminele organisatie die ongekend is in Nederland wat betreft de manier waarop de dood op bestelling plaatsvond”. In minder dan acht maanden tijd werden vijf mensen door een „moordeskader” gedood en werden voorbereidingen getroffen om nog een tiental anderen te vermoorden. „In opdracht”, aldus het OM. „Voor geld. Met een simpel chatberichtje op een PGP-telefoon werd beslist over leven en dood.”
Het OM zei „een tendens” te constateren „van steeds gewelddadiger optreden in het criminele milieu”. De roep uit de samenleving om vergelding wordt steeds luider, aldus justitie. De misdaden van bendes als die van R. zijn „maatschappelijk volstrekt onaanvaardbaar”. De samenleving moet worden beschermd, het „excessieve geweld in de onderwereld” bestreden.
Bij het motiveren van de strafeisen woog het OM mee dat de verdachten, op kroongetuige Tony de G. na, „geen verantwoordelijkheid hebben genomen of berouw hebben getoond”. Delano R. heeft alle beschuldigingen stelselmatig ontkend. Volgens justitie was hij een dodenlijst voor Ridouan Taghi aan het afwerken. Taghi is hoofdverdachte in het andere megaproces, Marengo genaamd, dat draait om weer een andere reeks liquidaties. „Elke vijand van u is er een van mij”, zou R. in een versleuteld chatbericht aan Taghi hebben geschreven.
In Eris staan in totaal negentien verdachten terecht.