De Sudanese minister Ahmed Haroon heeft dit zondag gezegd. Haroon zei dat de regering de voortdurende aanvallen en bestandsschendingen niet kan blijven tolereren.

Volgens Haroon zijn in de acht maanden sinds het sluiten van een bestandsovereenkomst in totaal 98 burgers gedood en ruim 200 trucks aangevallen. Dat is ongeveer hetzelfde aantal slachtoffers als in de vijftien maanden voorafgaande aan de overeenkomst, aldus de minister.

Haroon zei dat de rebellen de grote steden in Darfur willen „wurgen.” De aanvallen op vrachtwagens worden ondernomen in de hoop voedsel te bemachtigen. De regering heeft beloofd zich aan de bestandsovereenkomst te houden, maar kan „deze onzin niet tolereren”, zei hij.

De Sudanese president Omar al-Bashir zei ondertussen dat de „vijandige pers” een te negatief beeld van de situatie in Darfur schetst. Het „internationale zionisme” wakkert volgens hem de onrust aan omdat het uit is op de natuurlijke rijkdommen van Sudan, die het zou willen gebruiken om „zijn expansionistische ambities” te verwezenlijken. Al-Bashir zei dat Sudan het Palestijnse streven naar een eigen staat blijft steunen en achter het Iraakse volk blijft staan, tot de bezetters uit dat land zijn vertrokken.

De president zei verder dat zijn regering graag een vredesverdrag met de rebellen in het zuiden wil sluiten. De regering en het Sudanese Volksbevrijdingsleger (SPLA) hebben zich verplicht om voor 31 december een permanente vredesregeling te sluiten.