Strubbelingen bij het rijden op stroom met de eerste Volvo FE 6x2 Electric
Het zit even niet mee. Een van de vier accu’s van de nieuwe Volvo FE 6x2 Electric met kipperopbouw en autolaadkraan is kapot. „Ik moet nu sneller stekkeren”, zegt chauffeur Martijn Visser (43), terwijl hij zijn elektrische truck door de smalle straatjes van Amsterdam dirigeert.
Visser koerst met zijn vrachtwagen over de ring A10-West bij Amsterdam. Foute boel. File. „Na de Coentunnel is een ongeluk gebeurd”, vertelt Visser, terwijl hij links invoegt. Hij werpt een snelle blik op z’n display met accucapaciteit. „Nog 36 procent.”
De eerste Volvo FE 6x2 Electric in Nederland is een bijzondere verschijning. Grasgroene cabine, zwarte laadbak, rode grijper. Op de zijkant staat ”100 procent elektrisch”. Visser rijdt even langs de wasstraat. Sopbeurtje kan geen kwaad. Een collega-chauffeur kijkt ongelovig. „Is-ie echt hélemaal elektrisch?” Visser reageert gevat. „Alles werkt op stroom. Behalve ik.”
Transportbedrijf H. van Wijk uit Aalsmeer zet de elektrische Volvo in voor het vervoer van zand, stenen en hekken in Amsterdam van zusterbedrijf H. van Wijk Infra. Visser pendelt dagelijks van klus naar klus. „Heerlijk. In Amsterdam kan alles. Dubbel parkeren, rijbaan blokkeren. Hier doen ze niet moeilijk.”
De Volvo FE Electric met HIAB-autolaadkraan beschikt over een elektromotor van 400 kW en een koppel van 850 Nm. De vier zware accupakketten leveren een actieradius van 190 kilometer. Volgens de verkoopfolder dan. De praktijk is weerbarstiger. „Na de eerste week zakte mijn bereik al naar 170 kilometer”, vertelt Visser. Een gure wind waait om de verwarmde cabine, de temperatuur schommelt net boven het vriespunt. „Bij koud weer kan ik maar 150 kilometer.”
De capaciteit is te beperkt, vindt Visser. „Ik rijd gemiddeld 200 kilometer per dag. Net een rondje om de kerk. Moet ik de stad uit, dan moet ik onderweg stekkeren.” Zo’n ‘tankbeurtje’ bij Shell kost zo’n 45 euro. „In 50 minuten zit-ie driekwart vol.”
De truck op batterijen –nu 9100 kilometer op de teller– kampt met kinderziektes. „Ik heb twee keer helemaal stilgestaan.” Eén van de vier accu’s heeft net het loodje gelegd. Kostenpost: 50.000 euro. „Garantie”, verzekert Visser. „De fabrikant mag een nieuwe batterij leveren.”
De prijs van de truck schommelt rond de 470.000 euro. „Een vierassige vrachtwagen op diesel kost de helft.” Klanten van Van Wijk zitten niet te wachten op elektrisch vervoer. Het uurtarief voor een dieseltruck is 75 euro, voor elektrisch 167,50. De gemeente neemt daarvan een deel voor haar rekening.
Milieuzones
Transportbedrijf Van Wijk moet echter overstappen op elektrisch om aan het werk te kunnen blijven in Amsterdam. Langs alle toegangswegen naar de stad staan borden met ”Milieuzone”. Over drie jaar zijn alleen nog uitstootvrije voertuigen welkom binnen de ring.
„Het wordt er allemaal niet leuker op in Amsterdam”, verzucht Visser, terwijl hij een geparkeerd bestelbusje passeert via de trambaan. „Straks moet ik eerst tekenen om hier met een auto te mogen rijden.” Amsterdam is streng in de leer, volgens Visser. „Schrijft het ene bedrijf in op een klus voor 100.000 euro en een ander voor 150.000 euro, dan kan de laatste de klus krijgen als het scoort op duurzaamheid.” Ook om die reden beschikt Van Wijk over een elektrische shovel, trilplaat en zaag.
Visser wurmt z’n Volvo vakkundig door de smalle straatjes van Oud-West. De chauffeur houdt amper 10 centimeter aan weerszijden over. In de Ite Boeremastraat stopt hij. Stenen lossen, zand laden. En boomwortels. „Van die boomknuffelaars klagen dat we te dikke wortels hebben verwijderd voor de bestrating”, zegt een collega.
Visser hangt een afstandbediening om z’n middel. De elektrische grijper hijst de berg wortels op. Moeizaam. „Mijn accucapaciteit is nog maar 18 procent. Onder de 20 procent zegt-ie: Zoek het uit. De kraan kan dan geen twee functies tegelijk uitvoeren. Bijvoorbeeld uitschuiven en draaien.” Zo, nog even een toiletje laden. „Hatseflats, klaar.
Visser –dertien jaar in het vak– geeft eerlijk toe dat hij niet zat te wachten op zijn overstap naar elektrisch. „Ik zag het niet zitten: Moet ik dáár mee op pad? Natuurlijk heb ik het liefst een achtcilinder met ploffende uitlaten.”
Toch is Visser om. „Het is heerlijk. Ik mis het geluid van de diesel niet.” Hij zet de radio even uit. En de kachel. „Hoor jij herrie?” De Volvo zoeft door Amsterdam. Geruisloos. De fluisterstille vrachtwagen is niet ongevaarlijk. „Niemand hoort me aankomen. Ik heb al drie verkeersregelaars hartklachten bezorgd.”
Het onder de knie krijgen van de elektrische grijper heeft hem de nodige zweetdruppels gekost. „Met een hydraulische kraan voel je dat je lading vastpakt en kun je half ‘gas’ geven. Elektrisch niet. In het begin zwiepte de grijper alle kanten op.”
De chauffeur maakt gekke dingen mee in Amsterdam. „Wij vervoeren regelmatig Dixi’s, van die toiletten. Maar zwervers kruipen daar ’s nachts soms in. Liggen ze lekker uit de wind. Ik pakte een keer met mijn grijper een Dixi en hees ’m naar de laadbak. Halverwege duwde een zwerver de deur open. Je schrikt je naar.”