Buitenland

VS handhaven eis om uitlevering

De Amerikaanse gezant voor oorlogsmisdaden Pierre-Richard Prosper heeft vrijdag de Joegoslavische leiders de wacht aangezegd over de uitlevering van verdachten van oorlogsmisdaden aan het VN-tribunaal in Den Haag.

AP
5 April 2002 21:26Gewijzigd op 13 November 2020 23:30

Vanwege „de ernst van de situatie” onderbrak Prosper een bezoek aan Oost-Afrika om naar Belgrado te reizen. „Wij moeten serieus overwegen onze steun in te trekken en te verhinderen dat (andere hulp) erdoor komt”, zei hij na een onderhoud met de Servische premier Zoran Djindjic.

De Verenigde Staten dreigen tientallen miljoenen dollars hulp aan Joegoslavië op te schorten en ook steun voor dat land bij internationale financiële instellingen te onthouden, maar toch blijven de Joegoslavische autoriteiten talmen om gezochte verdachten uit te leveren. President Vojislav Kostunica bagatelliseerde donderdag zelfs de Amerikaanse dreigementen, die volgens hem worden opgeklopt door zijn politieke rivaal Djindjic.

Het Amerikaanse Congres had Joegoslavië tot 31 maart de tijd gegeven om met het tribunaal samen te werken of 120 miljoen dollar aan steun te verspelen. Hulp kan nu alleen worden verstrekt als minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell het groene licht geeft.

Prosper zei dat Powell „zeer bezorgd is over het gebrek aan medewerking van deze regering.” Hij zei dat de Kostunica „zich vergist” en dat dit zeer ernstige gevolgen kan hebben voor de bilaterale en multilaterale steun. „Het is essentieel om samen te werken en aan internationale verplichtingen te voldoen”, zei Prosper. „En als het antwoord nee luidt, zullen wij gepaste actie moeten ondernemen.”

Djindjic is voor uitlevering van gezochte oorlogsmisdadigers aan het VN-tribunaal, maar heeft te maken met verzet van Kostunica en diens nationalistische bondgenoten, die zeggen dat daar speciaal een wet voor moet komen. Die zou, als de nationalisten in Montenegro ermee instemmen, komende woensdag door het parlement aangenomen kunnen worden.

In een verklaring na zijn gesprek met Prosper liet Djindjic weten dat Servië bereid is aan zijn verplichtingen te voldoen, „ondanks een hapering in de samenwerking met het tribunaal in Den Haag.” Het bureau van Kostunica zei slechts dat de president zoekt naar manieren om de huidige situatie te doorbreken „en omstandigheden te scheppen voor een positieve beoordeling” door de Verenigde Staten.

Prosper zei te willen afwachten wat er in de komende dagen gebeurt. „Maar ze moeten weten dat de situatie ernstig is en tot extra lasten kan leiden als samenwerking uitblijft.”

Servië heeft de aanhouding en uitlevering beloofd van voormalig legercommandant Dragoljub Ojdanic, de huidige Servische president Milan Milutinovic, voormalig minister van Binnenlandse Zaken Vlajko Stojiljkovic en Nikola Sainovic, voormalig adviseur van oud-president Slobodan Milosevic. In Servië is vermoedelijk ook ondergedoken generaal Ratko Mladic, de militaire leider van de Bosnische Serviërs tijdens de oorlog. Mladic is met de vroegere politieke leider van de Bosnische Serviërs Radovan Karadzic, die zich vermoedelijk in Bosnië bevindt, de belangrijkste verdachte naar wie het tribunaal op zoek is.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer