Rotterdam gaat door met noodopvang van asielzoekers
Rotterdam gaat door met de noodopvang van asielzoekers in de stad, ondanks dat het kabinet deze wettelijk niet kan verplichten. Dat liet burgemeester Ahmed Aboutaleb donderdag in een raadsdebat over de kwestie weten.
Aboutaleb zei een toezegging te hebben gedaan van 250 bedden voor vluchtelingen in Rotterdam. „De nood is hoog, ik heb gehandeld in de geest van de raad om door te gaan met de noodopvang. Zo niet, dan mag de raad mij terugfluiten.” Dat was niet het geval: met uitzondering van Leefbaar Rotterdam, dat vindt „dat Rotterdam al genoeg problemen heeft” en de opvang wil stoppen, is een meerderheid van de raad voor de voortzetting van de crisisopvang.
Wel benadrukte Aboutaleb dat het gaat om tijdelijke opvang. De vier schepen waarop de asielzoekers momenteel worden gehuisvest, moeten weer worden gebruikt voor het vervoeren van passagiers. „Vier tot zes maanden, daarna is het schluss”, aldus de burgemeester.
De partijen gaven te kennen verbaasd te zijn over het handelen van toenmalig staatssecretaris Ankie Broekers-Knol in december door de opvang van 500 extra asielzoekers in de regio Rotterdam toe te wijzen. Maandag werd bekend dat de juridische grondslag ontbrak om dit op te dragen, iets dat de desbetreffende gemeenten destijds niet wisten.
Ook Aboutaleb liet eerder weten oprecht verbaasd te zijn over het niet communiceren hiervan. „Rotterdam is altijd coöperatief, de gedwongen opvang voelde als een tik op de neus.” De raad benadrukte dat de kwestie de relatie tussen het Rijk en de gemeente geen goed doet.