Parttime dominee steeds gebruikelijker
Door de neergang in het kerkelijke leven wordt de parttime predikant een steeds bekendere figuur. Ook binnen een deel van de gereformeerde gezindte. Hoe verhoudt het ambtelijke werk zich tot de neventaak? „Naar de klas neem ik mijn ervaring als predikant mee, in de gemeente mijn ervaring als leraar.”
De dokter en de dominee waren generaties lang zeven dagen per week in touw. Intussen werkt een groot deel van de huisartsen in deeltijd. Ook een toenemend aantal predikanten is aangesteld voor een beperkt aantal uren. Vaak omdat het geld voor een fulltimeplaats ontbreekt.
Ds. J. van den Os (29) dient sinds 2018 de christelijke gereformeerde kerk in Spijkenisse, zijn eerste gemeente. Formeel voor 50 procent. Van de vier gemeenten die hem beriepen, Aalten, Sint Jansklooster, Spijkenisse en Ulrum, kon alleen Aalten een fulltime plaats bieden. Het werd Spijkenisse, een gemeente met destijds 150 leden. „De Heere heeft me duidelijk naar deze plaats geleid en die weg gezegend in de achterliggende jaren.” De jonge predikant zag het ook als leiding dat hij aan de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA) het onderzoek voor zijn masterscriptie, over de wraak van God in het Nieuwe Testament, kon voortzetten als promotiestudie.
In principe werkt hij maandag tot en met woensdag voor de gemeente, donderdag en vrijdag voor de TUA. „De praktijk is dat ik ook de zaterdag werk. Zaterdagmorgen bereid ik vaak de catechisaties voor, zaterdagmiddag werk ik aan mijn promotieonderzoek.” Bezwaarlijk vindt hij dat niet. „Ik ben ongehuwd, dus ik heb niet de verantwoordelijkheid voor een gezin. En ik houd van het werk dat ik doe.”
Dienstbaar
Omdat de arbeid voor de dissertatie grotendeels op de studeerkamer plaatsvindt, kan hij bij onvoorziene zaken in de gemeente makkelijk schakelen. „Een bezwaar is dat beide componenten geen duidelijke grens hebben, waardoor je overbelast kunt raken. Dat probeer ik te voorkomen. Tot nu toe lukt dat aardig.”
Hans ten Klooster, directeur van het kerkelijk bureau van de Hersteld Hervormde Kerk, noemt het parttime predikantschap enerzijds een noodoplossing. „De kerkorde gaat uit van een predikant die volledig voor de gemeente beschikbaar is.” Tegelijk beschouwt hij het ambtelijke werk in deeltijd als een mooie mogelijkheid om kleine gemeenten van een predikant te voorzien. „Die kan ook in de neventaken dienstbaar zijn. Binnen de HHK verrichten de meeste deeltijdpredikanten in de overige tijd ander kerkelijk werk: bijstand in het pastoraat buiten de eigen gemeente, evangelisatiewerk, docentschap aan het Hersteld Hervormde Seminarium. Ds. P. D. van den Boogaard verdiept zich via een promotiestudie in het kerkrecht. Met de opgedane kennis dient hij door zijn functie als beleidsadviseur kerkrecht op het landelijk bureau de hele kerk.”
In de beginjaren van de Hersteld Hervormde Kerk waren zes predikanten verbonden aan twee kleine gemeenten die samen één voorganger konden bekostigen. Nu zijn dat er vier. „Aan deze constructie zitten nogal wat haken en ogen”, constateert Ten Klooster. „Denk aan het dubbele aantal kerkenraadsvergaderingen. En je moet het als beide gemeenten over veel dingen eens zijn, zeker rond het beroepingswerk. Dat vraagt om tact, wijsheid en intensief overleg.”
Eenzame positie
Uit eigen ervaring kent de directeur van het kerkelijk bureau van de HHK het belang van heldere afspraken bij een dubbele functie. Waarbij er wel ruimte is om daar in uitzonderlijke situaties van af te wijken. „Begrafenissen laten zich niet plannen en het winterseizoen is voor een predikant intensiever dan het zomerseizoen.”
Een deel van de parttime voorgangers ervaart de dubbele functie ondanks de haken en ogen als positief. „Als predikant heb je een eenzame positie. Het kan een verademing zijn om een aantal dagen samen te werken met collega’s.”
Ds. M. Messemaker (52) kan dat alleen maar beamen. Elf jaar geleden kreeg hij van de toenmalige locatiedirecteur van scholengemeenschap Guido de Brès in Rotterdam het verzoek kortdurend een zieke collega te vervangen. „Ik had met hem weleens gesproken over mijn betrokkenheid op jongeren en op het onderwijs. De kerkenraad van Monster, de gemeente die ik toen diende, vond het prima.”
Het leidde ertoe dat hij voor een morgen per week aan de school verbonden bleef, naast zijn arbeid als voltijdspredikant. „Psalm 78 heeft in mijn leven altijd een grote rol gespeeld. We mogen de verborgenheden die we gehoord en gezien hebben niet verbergen voor onze kinderen, maar zijn geroepen de loffelijkheden des Heeren aan het volgende geslacht te verkondigen. Daarom heb ik een bijzondere liefde voor catechese, jongerenwerk en onderwijs. Ik vind het bovendien prettig om een deel van de week een werkkring te hebben met collega’s die je niet als de dominee zien. Dat geeft persoonlijker contacten en het verbreedt je blik.”
Het vrijkomen van extra uren godsdienstonderwijs aan de Guido de Brès bracht hem eind 2020 met zijn vrouw tot gebed. „Uiteindelijk kregen we de duidelijkheid dat we deze weg mochten gaan.”
Ontspannen
Omstanders vroegen zich soms af hoe die keuze zich verhield tot zijn bijzondere roeping voor het ambt van predikant. „Die vraag had ik zelf ook, maar ik ben gaan zien dat het werk op school voortkomt uit dezelfde roeping. Beide werelden versterken elkaar. Naar de klas neem ik mijn ervaring als predikant mee, in de gemeente mijn ervaring als leraar.”
Mei 2021 stond hij vier jaar in Nijkerk en was hij weer beroepbaar, waarbij hij aangaf parttime beschikbaar te zijn. Al snel volgde het beroep van de kleine hervormde gemeente van Cillaarshoek in de Hoeksche Waard, niet ver van Rotterdam. „Dat hebben we van beide kanten als wonderlijke leiding van de Heere ervaren.”
Maandag, woensdag en donderdag staat de hervormde predikant nu voor de klas. Dinsdag, vrijdag en zondag zijn voor de gemeente. Het schoolwerk probeert hij op de daarvoor bestemde dagen te doen, het kerkenwerk gebeurt ook wel buiten de dinsdag en vrijdag. „Er komen altijd dingen bij en tussendoor. Dat is niet erg, een fulltime predikant redt het ook niet in veertig uur. Bij calamiteiten in de gemeente biedt de school me ongetwijfeld de ruimte om een dag of dagdeel te verzuimen. Tot nu toe is dat nog nooit het geval geweest en weet ik beide taken op een ontspannen manier te combineren. De gemeente is vele malen kleiner dan ik gewend was, waardoor de structuren eenvoudiger en directer zijn.”
Niet tweederangs
Nu de tijd nadert dat hij weer beroepbaar is, ziet ds. Van den Os uit Spijkenisse niet speciaal uit naar een gemeente waar hij fulltime aan de slag kan. „Bepalend is voor mij waar de Heere me wil hebben. Ik laat het graag aan Hem over.” De christelijke gereformeerde voorganger merkt nooit dat hij door collega’s die voltijds een gemeente dienen als tweederangs wordt beschouwd. „Geestelijk bezien is het parttime predikantschap niet minder dan het werk van een fulltime predikant. Gezien de kerkelijke ontwikkeling in Nederland zal een post als parttimer steeds meer de realiteit worden.”
Ook Ten Klooster heeft de ervaring dat parttime predikanten volwaardig meedoen in het geheel van het kerkelijke leven. „Dat blijkt wel uit hun afvaardiging naar de synode en andere kerkelijk organen. Wij geloven in een roeping tot het ambt en tot het dienen in een bepaalde gemeente. De grootte van die gemeente en de tijd die daaraan wordt besteed maken het gewicht van ambt en roeping niet anders.”
Steeds meer parttimers
De Protestantse Kerk in Nederland telt momenteel 1406 predikanten voor gewone werkzaamheden, samen goed voor 1199 fte. Wat betekent dat het gemiddelde ‘contract’ op 85 procent ligt. Van de 1406 voorgangers werken er 794 (56,5 procent) fulltime. Ze bezetten 66,2 procent van alle formatieplaatsen. De overige 612 predikanten moeten het doen met de resterende 33,8 procent. De aanstellingen kunnen variëren van 20 tot 90 procent.
De Hersteld Hervormde Kerk kent op 69 dienstdoende predikanten 12 parttime voorgangers, vrijwel allemaal beginnende predikanten. Het percentage voor het ambtelijke werk varieert van 33 tot 85 procent. De Christelijke Gereformeerde Kerken hebben een tiental parttime voorgangers, op 117 dienstdoende predikanten. Het percentage waarvoor men in de gemeente werkt, varieert er van 20 tot 80 procent. De resterende tijd wordt onder meer gevuld door bijstand in een grote gemeente en toerustingstaken in het jeugdwerk.