Frankrijk versoepelt euthanasiewetgeving
Frankrijk versoepelt zijn euthanasiewetgeving. De Nationale Assemblee nam dinsdag een wetsvoorstel aan dat terminaal zieke patiënten voorziet van een recht om te sterven. Van een recht op (actieve) euthanasie is vooralsnog geen sprake in Frankrijk.
Het wetsontwerp was afkomstig van minister van Volksgezondheid en oud-arts Douste-Blazy, die vindt dat passieve euthanasie mogelijk moet worden. Als nu ook de Franse Senaat instemt met het voorstel van Douste-Blazy mogen terminale patiënten een levensverlengende behandeling in de toekomst weigeren. Hulp aan ongeneeslijk zieken bij het sterven wordt niet uit het wetboek van strafrecht gehaald, maar geregeld in protocollen voor medisch handelen. Dat moet medici onder voorwaarden vrijwaren van strafrechtelijke vervolging. Patiënten in het eindstadium van hun leven moeten kunnen overlijden als zij dat willen, aldus de nieuwe regelgeving.
Medische behandeling moet niet meer „op een onredelijke manier worden voortgezet”, oordeelt de Franse werkgroep Comité Consultatif National d’Ethique (CCNE), die het wetsvoorstel voorbereidde. Dit comité adviseert medici in nauwkeurig omschreven omstandigheden de vrijheid te geven in te grijpen. In de ogen van het CCNE is onthouding van behandeling niet per definitie te kwalificeren als euthanasie.
De roep om euthanasie te versoepelen, klonk in Frankrijk almaar luider sinds de dood van de 22-jarige Vincent Humbert eind september 2003. Die leidde in Frankrijk tot een nationaal debat over euthanasie. Humbert raakte verlamd bij een auto-ongeluk. Hij kon alleen zijn duim nog bewegen en eiste het recht op sterven op. Zijn moeder Marie diende hem in 2003 een extra dosis slaapmiddel via het infuus toe. De artsen ontdekten dat bijtijds. Ze reanimeerden Vincent Humbert, maar staakten vervolgens de kunstmatige beademing.
Toen Frédéric Chaussoy, de behandelend arts van Vincent Humbert, verklaarde dat híj verantwoordelijk was voor de dood van Humbert, en niet diens moeder Marie, was de boot aan. Uiteindelijk nam Chaussoy met zijn medisch team de beslissing „de stekker eruit te trekken.” Douste-Blazy stelt dat actieve levensbeëindiging of hulp daarbij door artsen strafbaar blijft en dat artsen die euthanasie plegen op hun patiënten ook in de toekomst vervolgd zullen worden. „Voor een menswaardig einde aan het bestaan is het niet nodig euthanasie toe te staan”, aldus minister Philippe Douste-Blazy.
Euthanasie gold in Frankrijk tot dusver theoretisch in alle opzichten als moord. In de praktijk werd er wel euthanasie gepleegd, maar dit bleef binnen de ziekenhuiskamers. Links Frankrijk ziet de wet als een eerste etappe ten faveure van de wil van zieken. In rechts conservatieve kring spreekt men van een „bekroning”, dat wil zeggen een eindstation met daaraan gekoppeld een grens die men in Frankrijk niet wil passeren.
Nagenoeg 80 procent van de Fransen zou deze liberalisering van de euthanasiewetgeving toejuichen. De Franse media stellen dat de nieuwe wet een „vooruitgang” betekent voor de rechten van zieken. „Ik ben tegen euthanasie”, verklaarde Philippe Douste-Blazy. „We willen niet datgene wat in België of Nederland gebeurt, namelijk dat euthanasie bij de wet is geregeld.”
De Fransen hebben, om met Douste-Blazy te spreken, „een derde weg” gevonden om euthanasie te versoepelen. Er is geen sprake van een status quo, noch van euthanasie en toch wordt de wet versoepeld zonder dat er sprake is van euthanasie, stelt de minister. De wet kwam tot stand na consultaties van de kerken, de medische academie en de mensenrechteninstanties. Het hart van de nieuwe wet ligt volgens de opstellers van het voorstel in het respecteren van de wil van de zieke. Als een patiënt verdere behandeling weigert, is hij aangewezen op palliatieve zorg, aldus een van de beschrijvingen in het wetsvoorstel. De zieke mag niet onwetend worden gehouden over zijn werkelijke prognoses omtrent het levenseinde.
Ook in soortgelijke gevallen als die van Vincent Humbert is voorzien. Als mensen ernstig ziek zijn maar niet terminaal, voorziet de wet in het recht van de zieke om kunstmatige voeding te weigeren. Daarmee krijgt deze zieke -als diverse protocollen in acht zijn genomen- hetzelfde recht als andere zieken om af te zien van „alle behandelingen.” De behandelend arts zal dan de wil van de zieke in diens medisch dossier schrijven en bijvoorbeeld, net als bij Humbert, de sondevoeding eruithalen en de palliatieve zorg versterken om het lijden rond het levenseinde zo veel mogelijk te vermijden.