Ahold wil weer ‘gewoon’ bedrijf zijn
Supermarktconcern Ahold heeft het boekhoudschandaal van bijna twee jaar geleden achter zich gelaten. De geplaagde keten wil weer een ’gewoon’ bedrijf zijn. Tijdens een speciale bijeenkomst voor analisten en investeerders in het Amerikaanse Philadelphia zei topman Anders Moberg maandag blij te zijn. „De laatste 24 maanden hebben we niet veel samen kunnen zijn. Ik ben blij dat het nu wel kan."
Ahold had een zaal vol analisten, investeerders en journalisten bij elkaar geroepen. Bij de toespraken van de verschillende kopstukken kwam de boekhoudfraude amper aan de orde. Buiten de boekhoudfraude waren er volgens Moberg al eerder tekenen dat de bedrijfsvoering haperde. „De verschillende ketens werkten niet samen. Er werden wel veel bedrijven gekocht, maar daar gebeurde verder weinig mee."
Een woordvoerder van Ahold zei het zo: „Alle bedrijven organiseren speciale dagen voor beleggers en investeerders. Veel bedrijven organiseren reizen voor de pers. Wij zijn een normaal bedrijf. Dus doen wij die dingen ook."
Bijna twee jaar geleden schrikte Ahold de wereld op met berichten over fraude. Bij dochter US Foodservice was geknoeid met inkoopkortingen, waardoor de winst 880 miljoen dollar lager uitkwam. Bij andere bedrijfsonderdelen, waaronder ICA in Zweden en Disco in Zuid–Amerika, waren illegale en geheime afspraken gemaakt.
Het management van het concern is sinds die tijd bijna geheel vervangen. Vanaf volgend jaar zijn alle verantwoordelijke bestuurders niet meer werkzaam bij de onderneming en kent de top nog drie mensen. Er is de afgelopen maanden veel tijd gestoken in onderhandelingen met justitie, beursautoriteiten en andere partijen. Hoewel al veel zaken zijn geschikt, komt er de komende jaren nog veel af op het bedrijf. Zo willen benadeelde beleggers genoegdoening.
De reden dat Ahold voor Philadelphia heeft gekozen, is tweeledig. Het bedrijf haalt 70 procent van zijn omzet uit de Verenigde Staten. Bovendien heeft Ahold verschillende activiteiten in de regio, zoals leverancier US Foodservice en enkele supermarkten.
Dat Ahold de zaken weer op de rails heeft, wil echter niet zeggen dat het bedrijf achterover kan leunen. Er zijn de komende jaren veel uitdagingen. „Ons doel is om onze concurrentiekracht te vergroten", stelde Moberg. „De discountformules rukken op en dat is niet alleen in Europa, maar ook in de Verenigde Staten. De levensmiddelenindustrie heeft de afgelopen jaren te weinig actie ondernomen."
Ahold gaat de strijd aan door de verschillende winkelketens beter met elkaar te laten samenwerken. Zo zijn er al verschillende elementen van Albert Heijn geëxporteerd naar de Verenigde Staten. Dan gaat het bijvoorbeeld om computersystemen om de distributie van goederen zo efficiënt mogelijk te laten verlopen. Maar ook de wereldwijde onderhandelingen met fabrikanten behoort tot die samenwerking. Het komt echter niet zover dat overal ter wereld hetzelfde product in de aanbieding is. „Daar zien we de meerwaarde niet van", was het commentaar.