Kennisniveau leerlingen en studenten na corona valt mee
Het kennisniveau van leerlingen en studenten in alle onderwijssectoren heeft minder te lijden gehad onder de coronamaatregelen dan aanvankelijk werd gevreesd, meldt de onderwijsinspectie in een nieuwsbrief. Er is door het onderwijs goed gefocust op bijvoor
Wel was het onderwijsaanbod over het algemeen magerder, waardoor met name de sociaal-maatschappelijke en sociaal-emotionele vaardigheden van leerlingen er niet genoeg op vooruit konden gaan. Stages en beroepspraktijkvorming gingen immers vaak niet door.
Oudere leerlingen en studenten hebben meer gevolgen ondervonden dan jongere, doordat ze langer op afstand moesten leren. De gevolgen zijn veelal ‘negatief welbevinden’, problemen met motivatie en concentratie en een gebrek aan binding en contact. „Het belang van fysiek onderwijs is opnieuw zeer duidelijk”, zegt de inspectie.
Niet alleen zorgen om de sociaal-emotionele ontwikkeling maar óók om kennis zijn er wel speciaal over leerlingen en studenten die altijd al extra ondersteuning nog hebben, bijvoorbeeld omdat het thuis allemaal niet zo lekker gaat.
Schoolleiders, leraren en docenten zijn intussen trots op wat er ondanks de omstandigheden en hoge werkdruk is bereikt, merkte de inspectie. Ook worden nu meer kansen gezien om anders te gaan werken. „Een deel van de besturen ziet de coronaperiode als een springplank naar meer flexibiliteit en maatwerk in het onderwijs, bijvoorbeeld qua onderwijstijd en opleidingsvorm.”
Het is op dit moment moeilijk te voorspellen wat de coronamaatregelen op de lange duur nog voor gevolgen hebben, voor bijvoorbeeld de verdere schoolloopbaan, de start op de arbeidsmarkt en het welzijn, staat in de nieuwsbrief. De inspectie heeft leerlingen en studenten, docenten en andere medewerkers, schoolleiders en besturen gevraagd naar hun ervaringen tijdens zestien maanden corona.