„Het gaat om genen die allerlei processen in het lichaam regelen en belangrijk zijn voor bijvoorbeeld de ontwikkeling van de hersenen. Die genen zijn niet verantwoordelijk voor het ontstaan van taal en spraak, maar fouten in deze genen kunnen die ontwikkeling wel verstoren. We verwachten dat er nog veel meer genen bestaan die zulke stoornissen veroorzaken”, licht de promovenda toe op de site van het Radboudumc. „We moeten veel vaker genetisch diagnostisch onderzoek doen bij kinderen die ernstig achterblijven met praten”.

Aan de genoemde fouten is op dit moment weliswaar nog niks te doen, maar toch is het erg belangrijk om te weten dat ze er zijn, met name voor ouders van kinderen met een spraakstoornis die erdoor wordt veroorzaakt, aldus Snijders Blok: „Bij deze ouders leeft veel twijfel of de achterstand van hun kind misschien aan de opvoeding ligt, of dat ze in de begeleiding van hun kind zijn tekortgeschoten. Het is dan echt een opluchting als we een genetische oorzaak vinden voor de problemen. Ook willen ouders met een kinderwens graag weten hoe groot de kans is dat een volgend kindje dezelfde aandoening krijgt. Dat kunnen we uitzoeken als we ook het DNA van de ouders analyseren.”

Kennis van de genetische oorzaak helpt ook de meest passende behandeling te vinden, zegt de wetenschapper.