De Arabische lente mislukt? „Wacht maar tot 2041”
Hij gelooft vast en zeker dat het Midden-Oosten onderweg is naar een democratisch stelsel. Iyad al-Baghdadi is een van de optimistische –en luidste– stemmen in het debat over de toekomst van het Midden-Oosten.
Hoe het komt dat het Midden-Oosten zo’n crisisfabriek is? Dat is historisch gezien zeker niet altijd zo geweest, benadrukt Baghdadi. „In feite was Europa tot vrij recent de grootste crisisfabriek van de wereld”, zegt hij. „Crises horen niet essentieel bij het Midden-Oosten. Nee, mensen zijn mensen – waar ze ook wonen.” Volgens de schrijver en onderzoeker betekent dit dat als je een menselijke gemeenschap waar dan ook aan dezelfde omstandigheden onderwerpt, er grofweg dezelfde resultaten uit zullen komen. „Het is dus beter om te kijken welke specifieke oorzaken regio’s tot crisisfabriek kunnen maken en wat daartegen gedaan kan worden.”
En wat zijn die oorzaken dan?
„Die vind je in het Midden-Oosten in het bijzonder in wat wij de ”driehoek van het kwaad” noemen: dictatorschap, terrorisme en westerse interventie. Deze drie aspecten samen zorgen keer op keer voor crises. Het probleem is dat ze elkaar in stand houden. Je kunt niet naar een van die kijken zonder de andere twee daarin mee te nemen. Neem het voorbeeld van Mohammed bin Salman (MbS, JH), de kroonprins van Saudi-Arabië. Hij is zonder twijfel een dictator. Maar zonder westerse steun en zonder het optreden van MbS in de richting van extremisten zou er helemaal geen sprake zijn van een MbS. Je moet naar de onderlinge samenhang kijken om deze dynamiek te kunnen begrijpen.”
Is westerse interventie alleen maar slecht geweest voor de regio?
„Laten we eerlijk zijn: het Midden-Oosten is de buurman van het Westen. Er zijn tijden geweest waarin je zelfs moeilijk kon zeggen waar het Westen stopte en de Arabische wereld begon. Maar inderdaad, het gaat in wezen om iedere vorm van interventie. Ook Russische interventie kan ontwrichtend werken, en dat geldt ook voor Iraanse interventie – hoewel dat laatste wat genuanceerder ligt, omdat Iran zelf deel van de regio is. Dat kun je van de Verenigde Staten zeker niet zeggen.”
U bent bekend als de man die op Twitter scheldt en tiert, maar soms ook met diepe waarheden komt. Zo zei u ooit dat u uw aartsvijand Mohammed bin Salman het beste zou kunnen omhelzen als u hem persoonlijk zou ontmoeten.
„Ja, omdat Mohammed bin Salman ook een slachtoffer is. Een slachtoffer van zijn eigen mentaliteit. Mensen als hij zitten vast; ze kunnen alleen maar meer bloed vergieten. Daardoor worden ze steeds meer gehaat en worden ze gedwongen om de rest van hun leven in angst en paranoia te leven. Je ziet dat in de hele regio terug. De dictators weten hoeveel onrechtvaardigheid ze hebben gecreëerd. Dus natuurlijk zijn ze bang voor de gevolgen, en hoe banger ze zijn, hoe slechter ze worden.
In een moment van spirituele helderheid voelde ik de pijn en de angst van Mohammed bin Salman. Hoe hij bang is voor de haat die hij zelf heeft opgeroepen. In dat moment dacht ik: deze man is niet normaal, hij is naast dader ook slachtoffer. Ergens heb ik medelijden met hem.”
Wat is het echte gezicht van Iyad? De man met compassie of de man vol opgekropte woede?
„Beide. Soms voel ik die tegenstelling in mezelf heel sterk. Tegelijk: als ik medelijden voel met Mohammed bin Salman, betekent dat niet dat ik hem niet zou moeten weerstaan. Het betekent dat ik zie dat er iets in hem gebroken is. Maar hij is degene die aangepakt moet worden, want hij is degene met de macht.”
Maar als we MbS vergelijken met willekeurige andere leiders in de regio, of met sommige van zijn voorgangers, valt vooral op dat hij moderniseert en het wahabisme aan banden legt. Telt dat allemaal niet mee?
„De hervormingen die hij bracht, waren er in feite al. Het waren stuk voor stuk veranderingen die door de Saudische samenleving waren bevochten. Wat MbS heeft gedaan, is die hervormingen voor zichzelf claimen terwijl hij de activisten die het echte werk hadden gedaan, opsloot. Je ziet dat bijvoorbeeld bij Essam al-Zamil, een vooraanstaande denker op economisch gebied van wie MbS veel ideeën heeft overgenomen. Hij heeft een jarenlange celstraf gekregen en we weten niet hoe zijn situatie nu is. Hetzelfde deed MbS op het gebied van vrouwenrechten. Hij stond meer vrijheden toe voor vrouwen en stopte de aanjagers van die beweging in de gevangenis. Met religieuze hervormingen is het van hetzelfde laken een pak. De samenleving zelf heeft het gedaan, en MbS claimt het succes.
Wat hij wél zelf heeft veranderd, is het aanpakken van vrije meningsuiting. Het Saudische koningshuis kende een traditie van consultatie. Zelfs Jamal Khashoggi, die in 2018 door het regime van MbS werd vermoord, kon in eerste instantie een afwijkende mening vormen. Dat werd geaccepteerd. Maar MbS heeft daarmee afgerekend. Hij is een absolute heerser die zich omringt met mensen die hem alleen maar zeggen wat hij wil horen. Voor hem is vrijheid van meningsuiting gevaar nummer één.”
U heeft dit zelf ook ervaren. Twee jaar geleden waren er serieuze bedreigingen uit Saudi-Arabië aan uw adres. Hoe is dat nu?
„Het is een langdurig probleem. MbS is niet iemand die snel vergeet. Er zijn nog altijd beschermende maatregelen nodig in mijn leven.”
Bent u daardoor minder uitgesproken dan u eigenlijk zou willen zijn?
„Wat ervoor zorgt dat ik tegenwoordig soms twee keer nadenk voordat ik iets publiceer, is niet de druk van een dictator, maar het feit dat ik een groot platform heb. Ik realiseer me dat het belangrijk is om begrip op te blijven brengen voor mensen die in het andere kamp zitten. Ik wil geen politicus worden, maar constateer wel dat ik me diplomatieker uitdruk. Ik wil vaker dan voorheen liever vredestichter zijn dan degene die altijd zout in een open wonde strooit.”
U zei eerder dat u uw eerste boek liever had geschreven over het feit dat u zich een islamitische libertair noemt. Wat is dat?
„Ik noem mijzelf zo omdat het voor mij een poging is om te beschrijven hoe je islamitische waarden in de 21e eeuw vruchtbaar kunt maken. Ik werkte aan ons nieuwe boek sinds 2011 (zie ”Iyad al-Baghdadi”), in de dagen van de Arabische lente, omdat ik dacht dat hieraan het meeste behoefte was. Toen leek het een prioriteit, omdat we juist wakker waren geworden uit decennia of zelfs eeuwen van dictatoriale onderdrukking. Hoe nu verder? Wat voor soort economie hebben we nodig? Wat voor soort grondwet zouden we moeten hebben? Die vragen waren toen springlevend. Maar ik heb het boek nooit afgemaakt omdat ik werd gearresteerd in de Verenigde Arabische Emiraten en het land werd uitgezet.”
Wie zijn uw rolmodellen die deze libertaire waarden implementeren?
„Spijtig genoeg leven de meeste van mijn rolmodellen niet meer. Bassem Sabry bijvoorbeeld was een Egyptische activist die onvermoeid werkte aan een betere toekomst. Hij viel van een balkon in Caïro in 2014 en overleed. Zijn superkracht was vriendelijkheid. Hij kon met activisten door de hele regio samenwerken.
Dan is er Jamal Khashoggi. Zijn superkracht was om zichzelf te bevragen. Ik was het zeker niet eens met alles wat hij deed en schreef. Sterker nog, voordat hij een dissident van het Saudische regime werd, vertrouwde ik hem niet eens. Maar Jamal had de kracht om terug te komen op dingen, om te zeggen: Wat ik toen dacht was verkeerd.
Ten slotte noem ik Raed Fares, een Syrische activist. Zijn superkracht was geweldloosheid. Hij stond op tegen zowel het regime van Assad als tegen islamitische extremisten als tegen buitenlandse inmenging in Syrië. Uiteindelijk werd ook hij gedood.”
Is er een land in de regio dat nu al op een manier geleid wordt waar u uw idealen waargemaakt ziet worden?
„Wij spreken in ons boek over de hele regio als ware het één organisme. Je kunt moeilijk alleen over de neus praten zonder het oor daar bij te betrekken. Wat ik bedoel is dit: Europa is door een langdurig proces heengegaan dat begon bij de Franse Revolutie, zich ontwikkelde tot een horrorshow maar uiteindelijk leidde tot waar Europa nu is. Het zou unfair zijn als ik nu zeg: Ik hou ervan om te zien hoe Maleisië zich nu ontwikkelt, of Tunesië. Dit is, net als destijds in Europa, een proces dat landsgrenzen en generaties overstijgt. Het zal tijd kosten. Wij spreken over de Arabische lente als een proces van dertig jaar. Het begon in 2011, dus van die jaren hebben we er nu tien gehad. Als mensen dus vragen of de Arabische lente een succes of een mislukking is, zeg ik: Vraag het me opnieuw in 2041, over twintig jaar. Dan pas kunnen we zien waar dit proces toe heeft geleid.”
In uw boek spreekt u over de „grote ineenstorting.” Gaan we, voordat het beter wordt, eerst nog grotere rampen zien dan wat we tot nu toe zagen in Syrië, Jemen, Libië?
„Ik hoop het natuurlijk niet, maar je moet er wel rekening mee houden. Het Midden-Oosten is voorlopig nog steeds een crisisfabriek met mondiale gevolgen. Kijk naar de chaos die de ineenstorting van één land, Syrië, heeft opgeleverd. Deze crisis creëerde een enorme vluchtelingenstroom, ook richting Europa. Die vluchtelingenstroom heeft een tegenreactie van de rechtervleugel in Europa in gang gezet, wat Islamitische Staat weer in de kaart speelde.
Probeer je voor te stellen wat er gebeurt als het Syrië-scenario werkelijkheid wordt in andere landen. In Jordanië bijvoorbeeld. Of, nog veel groter in omvang, Egypte. Of Iran, het land waar ik op het ogenblik het meest bezorgd over ben. Er zijn 25 landen in de regio en geen van deze landen is stabiel te noemen.
Wat ik echter bedoel met de grote ineenstorting, is de uiteindelijke ondergang van de regionale orde; de hele manier waarop het bestel in elkaar steekt. Alle instabiliteit die we nu zien is onderdeel van deze langzame ineenstorting.
Op sommige plaatsen is burgeroorlog, op weer andere machtswisselingen. Instabiliteit hoor er helaas bij. Dit is hoe een transitie naar een democratisch systeem eruitziet. Dat is nu eenmaal geen net en ordelijk proces. Dat was het niet in Europa en dat is het niet in het Midden-Oosten.”