PvdA en GroenLinks dagen Rutte uit
Het kan nog steeds na de eerste dag van de Algemene Politieke Beschouwingen: een minderheidskabinet van VVD, D66 en CDA dat net voldoende slagkracht heeft.
Zijn PvdA, GroenLinks en ChristenUnie te bewegen tot steun? Als de VVD hier en daar wat openingetjes creëert om de op Prinsjesdag gepresenteerde rijksbegroting te verbouwen; happen zij dan toe? Om dat te verkennen, stuurde demissionair premier Rutte zijn rechterhand, waarnemend VVD-fractievoorzitter Sophie Hermans, de afgelopen dagen op pad.
Haar missie was van belang. Onder leiding van informateur Remkes bespreken VVD, D66 en CDA de vorming van een minderheidskabinet, maar zonder een coöperatieve houding van de drie partijen is de levensvatbaarheid daarvan nihil.
„Het is alles of niks”, klonk het woensdag al snel uit de monden van PvdA-leider Lilianne Ploumen en GroenLinks-lijsttrekker Jesse Klaver. De twee oordeelden vernietigend over de begroting; die moest voor miljarden worden verbouwd. Het wensenlijstje van de twee is fors. De in 2013 ingevoerde verhuurderheffing voor woningcorporaties dient te worden afgeschaft. De kloof tussen het salaris van leerkrachten op de basisschool en dat van hun collega’s in het voortgezet onderwijs moet worden gedicht. De koopkracht van de gewone huishoudens moet worden verbeterd. En er moet een CO2-heffing komen voor grote vervuilers.
Dat ligt mijlenver af van het openingsbod dat Hermans PvdA en GroenLinks woensdag namens Rutte mocht doen. Dat beperkte zich tot ruim 900 miljoen euro; een bedrag dat nog op de plank lag, omdat de eerder door Rutte III aangekondigde Baangerelateerde Investeringskorting (BIK) bij nader inzien toch niet wordt ingevoerd. PVV-leider Wilders had zijn conclusie dan ook snel klaar. Dat gat valt niet te overbruggen, met die steun voor het minderheidskabinet wordt het niks en dus zijn nieuwe verkiezingen onvermijdelijk.
De geroutineerde oppositieleider ontlokte Ploumen de uitspraak: „Nee, ik ga me niet voor een appel en een ei in een gedoogconstructie laten rommelen.” De PvdA-leider liet zich verder door Wilders in de mond leggen dat PvdA en GroenLinks het niet gaan doen „met een kruimeltje over de verhuurderheffing”. De suggestie was duidelijk: óf een miljardenverbouwing van de begroting, óf geen enkele vorm van samenwerking met Rutte-IV dat nu in de steigers wordt gezet. Donderdagavond moet blijken of het spel echt zo hoog wordt gespeeld.
Dat is nog geen uitgemaakte zaak. Rutte kan de druk op PvdA en GroenLinks om toch mee te doen opvoeren, door tegemoet te komen aan de wensen van andere partijen, zoals ChristenUnie en SP. Donderdag begon hij daar al mee: op verzoek van deze twee trekt het kabinet 675 miljoen uit voor hogere zorgsalarissen. Ook D66 en CDA lieten woensdag doorschemeren een begrotingsaanpassing van ‘slechts’ 900 miljoen wat mager te vinden. Als die twee partijen gaan bewegen en meerderheidssteun verwerven voor een afslanking van de verhuurderheffing, kunnen PvdA en GL niet tegenstemmen.
Bovendien, de door PvdA en GroenLinks gewenste miljardenverbouwing hoeft donderdag nog geen feit te zijn. Komend najaar behandelt de Kamer immers een voor een de begrotingen van de afzonderlijke ministeries en pas dan vallen de echte besluiten.
De tussenconclusie van donderdagochtend was dan ook dat VVD, D66 en CDA niet zo geïsoleerd zijn komen te staan dat hun voornemen om de formatie maandag te vervolgen al bij voorbaat zinloos is.