Een burenruzie heeft veel invloed op de leefbaarheid in wijken. Een conflict beïnvloedt het dagelijks leven en soms zitten mensen niet meer lekker in hun eigen huis, stelt het CCV. In ons land zijn 3500 getrainde bemiddelaars aan de slag. „Deze gratis dienstverlening in gemeenten zorgt er al 25 jaar voor dat buurtbewoners weer on speaking terms komen”, zegt Frannie Herder, adviseur buurtbemiddeling en woonoverlast bij het CCV.

In 1996 startten de gemeenten Rotterdam en Zwolle met buurtbemiddeling om wijkproblemen aan te pakken. Inmiddels bieden meer dan driehonderd gemeenten deze bemiddeling aan.

Herder: „Veel Nederlanders ervaren dagelijks burenoverlast. Het advies is om zodra je je ergert, het gesprek aan te gaan met de buren. Lukt dat niet, schakel dan op tijd hulp in van buurtbemiddeling.” Tegenwoordig is een vijfde van de zaken complex te noemen, zegt ze. „Dan spelen bijvoorbeeld psychische problemen, een opstapeling van problemen of taalproblemen een rol. Geluidsoverlast is al 25 jaar de meest gemelde klacht, gevolgd door pesten/lastig vallen en ‘buitenproblemen’ zoals overhangende takken, de schutting, stankoverlast van de barbecue of dieren.”

Overigens liep het aantal conflicten tussen buren vorig jaar, in de coronatijd waarin veel vanuit huis werd gewerkt, flink op: in 2020 zijn er 2500 meer gemeld dan in het jaar daarvoor. In totaal waren er 20.000 ruzies gemeld. Geluidsoverlast was het grootste probleem, meldde het CCV al eerder.