Gaat Kamer nu écht met modder gooien?
Nog één week en de Tweede Kamer start weer met vergaderen. Een nieuw kunstwerk maakt het kritische burgers wel erg gemakkelijk om Haagse debatten te duiden als moddergooien.
Het zal even wennen zijn als begin volgende week het zomerreces voorbij is en het parlement weer als vanouds wekelijks gaat vergaderen. Dat gebeurt dan immers niet meer op het oude vertrouwde Binnenhof, maar in het vroegere ministerie van Buitenlandse Zaken aan de Bezuidenhoutseweg.
In dat gebouw, ook wel B67 of de Apenrots genaamd, zijn alle ruimten en voorzieningen nagemaakt zoals die ook aan het Binnenhof bestonden, zodat Kamer, fracties, ambtenaren en journalisten de komende jaren hun werk zoveel mogelijk kunnen blijven doen zoals ze dat altijd gedaan hebben.
Maar B67 is natuurlijk geen 3D-print van het Binnenhof. Neem de plenaire vergaderzaal. Die lijkt best op de oude, maar er zijn ook flinke verschillen. Zo paste het kunstwerk (kleurige, hoge panelen, gemaakt door kunstenaar Rudi van de Wint) bij lange na niet in de nieuwe ruimte. De kunstcommissie van de Tweede Kamer koos documentairemaker Jos de Putter uit om voor de tijdelijke vergaderzaal een creatie te maken die wél tegen de achterwand past.
Het resultaat is, laten we zeggen, verrassend. Onder de titel Aarde plakte De Putter een grote hoeveelheid kluiten grond, klei en zand (gemengd met fixeermiddel) tegen een vijftal panelen. Ga je er dichterbij staan, dan zie je er stro, blaadjes en takjes uitsteken.
Verbinding
Mooi? Dat mag elke toeschouwer zelf bepalen als hij de komende vijfenhalf jaar, kijkend naar Kamerdebatten, deze achterwand in het vizier krijgt.
In NRC legde De Putter zaterdag uit wat hij met dit kunstwerk –honorarium naar verluidt iets minder dan twee ton– bedoelt. Hij wilde „buiten naar binnen halen.” En: „In het parlement overdenken we de relatie tussen mens en planeet.”
Dat is op zichzelf best een zinvolle gedachte. Haagse debatten, hoewel onvermijdelijk van een bepaald abstractieniveau, behoren altijd in verbinding te staan met de concrete werkelijkheid buiten Den Haag. Politici moeten, overdrachtelijk gezien, met hun voeten in de klei staan.
Wel liggen voor kritische burgers de grappen, toespelingen en associaties bij een dergelijk kunstwerk natuurlijk voor het oprapen. Stimuleert deze creatie de Haagse politici niet om van hun debatten, nog meer dan zij voorheen al deden, ordinaire moddergevechten te maken? „Stenen… zou je die ook naar de tegenstander kunnen gooien als het debat niet lukt?”, twitterde Pieter van Vollenhoven.
Positiever reageerde Caroline van der Plas, voorvrouw van BoerBurgerBeweging. In een video trok zij het kunstwerk handig naar zich toe door het te verbinden met haar eigen ideologie en politieke opvattingen. „Gewoon Boerengrond in de Tweede Kamer, echt prachtig”, luidde haar lovende recensie.