Kerk & religie

Ds. Schreuder 25 jaar predikant: de directeur werd dienaar

„Mensenkind, Ik heb u tot een wachter gesteld.” De woorden waarmee ds. L. Blok hem –zondag 25 jaar geleden– tot predikant bevestigde, zijn ds. A. Schreuder (68) al die jaren bijgebleven. „Als de Heere je laat voelen wat dat betekent, heb je niet zo veel meer te zeggen.”

28 August 2021 07:48
Ds. A. Schreuder is 25 jaar predikant: „Elke zondag moet er weer iets gebeuren wat je totaal niet in de hand hebt.” beeld RD, Anton Dommerholt
Ds. A. Schreuder is 25 jaar predikant: „Elke zondag moet er weer iets gebeuren wat je totaal niet in de hand hebt.” beeld RD, Anton Dommerholt

Pal naast de kerk van ‘zijn’ gereformeerde gemeente in Beekbergen woont ds. Schreuder. Het kerkgebouw is splinternieuw, in maart in gebruik genomen. En hoewel de plannen al jaren op de plank lagen, was de nieuwbouw niet vanzelfsprekend, zegt de predikant. „Gaan we eigenlijk niet tegen de tijdgeest in door een nieuwe kerk te bouwen? Pas zei ik in de preek tegen de jongeren: Weet je voor wie we die kerk hebben gebouwd? Voor jullie. Want als jullie er straks niet in komen, zal de kerk leegstaan.”

Zorg over de toekomst bezet hem met regelmaat. In de kwarteeuw waarin hij predikant was, zag hij veel veranderen – en niet alles ten goede. „Jongeren werden mondiger. Positief is dat ze vragen die leven meer durven te stellen. Maar tegelijk neemt relativisme toe, polarisatie op allerlei gebied. Het „zo zegt de Heere” krijgt steeds minder plek en dat baart me zorgen.”

Ook voor de kerk wordt het er niet gemakkelijker op. „We hebben altijd de luxe gehad om in een land te wonen waar begrip voor ons was, maar de tijd komt waarin dat begrip ophoudt. En zijn we dan krachtig genoeg om staande te blijven? Als het buitenste schilletje eraf valt in onze gezindte, zit er dan nog een pit in? Dat houdt me wel bezig.”

Maar als de heilige doop bediend wordt, kijkt de predikant soms weer eens over al die zorgen heen. „Al jaren laat ik dan Psalm 89:2 zingen, met dat zinnetje: „Tot aan het eind der dagen.” Dan zegt de God van Abraham, Izak en Jakob in de doop: Ik blijf Dezelfde God in 2021. Daar kunnen we het wel mee doen hoor, dan gaat het goed.”

Dienstknecht

Ds. Schreuder formuleert voorzichtig. Zinnen nemen soms halverwege een wending of breken af. De bedachtzame predikant kwam in de afgelopen jaren op verschillende posities in het midden van het kerkelijk leven te staan. „Ik voel dat als een verantwoordelijkheid waartoe de kerk roept.” Sinds vorig jaar is hij voorzitter van het curatorium van de Theologische School van de Gereformeerde Gemeenten.

Dat had hij zo’n dertig jaar geleden niet voorzien. Na een geneeskundestudie werkt hij als directeur in de gehandicaptenzorg, bij de Philadelphiastichting. „Dat deed ik met heel veel plezier, en ik dacht dat ik er wel zou blijven hangen.”

Het loopt anders. Er breekt een tijd aan waarin de ouderling uit Nunspeet „intens aan de Heere verbonden werd. Hij bereidde me voor.” Als hij aan de beurt is voor de Schriftlezing in de kerk spreekt het Woord met kracht. „Vanuit Lukas 17, over de onnutte dienstknecht. Daar staat: „Omgord u en dien mij.” Dat moment zal ik nooit meer vergeten. Van het ene op het andere moment werd ik van directeur slaaf. Tegelijk: als ik ooit gevoeld heb dat er geen betere dienst is dan die van de Heere, was het toen.” Hij meldt zich bij het curatorium, maar een afwijzing volgt. Twee jaar later, na „een periode van onderwijs”, wordt hij alsnog aangenomen.

Samen met jaargenoten W. J. Karels en G. J. N. Moens volgde hij de opleiding. „Ds. A. F. Honkoop vroeg aan het einde van de studie altijd aan degenen die van school gingen: Wat heb je nou geleerd? Ik dacht: als hij ons vraagt wat we van school hebben meegekregen, kan ik zeggen: Ik heb er in ieder geval twee vrienden van de Heere bij gekregen. We zijn alledrie van hetzelfde geboortejaar en de verbondenheid uit de studie is eigenlijk altijd gebleven.”

Gemeenten

Twee gemeenten diende ds. Schreuder: het dorpse Beekbergen en het grote Rijssen-Zuid. Sinds vier jaar is hij weer aan zijn eerste gemeente verbonden. „In Rijssen moest ik het graf van mijn vrouw achterlaten. Zij is nu op haar bestemming, bij de Heere, maar ik moet nog in de tijd door. Het is niet te beschrijven waar je in valt toen zij wegviel. En toch, we hebben zo vaak tegen elkaar gezegd: Wat is de Heere goed voor ons. Zou dat dan anders zijn bij en na haar sterven?”

Vorig jaar trad de predikant voor de tweede keer in het huwelijk. „Dat had ik nooit gedacht en niet gezocht. We hebben op onze kaart geschreven dat we dit als een bijzondere leiding van de Heere hebben gezien.”

Prediking

Hij vindt het niet eenvoudig zijn eigen prediking te omschrijven. „Ds. Kersten sprak over twee pijlers en daar ben ik het van harte mee eens: het verkondigen van de noodzaak van de wedergeboorte en mensen geen rust gunnen buiten Christus. We moeten altijd zoeken hoe in de prediking het werk van Christus wordt verheerlijkt in zondaarsharten. Je kunt zeggen wat het allemaal niet is, maar daar vind je uiteindelijk geen vrede in. We mogen ons die ene Naam tot zaligheid niet laten afnemen omdat er door anderen misbruik van gemaakt wordt; daarin ligt toch het hart van het Evangelie.”

Ook na al die jaren ervaart hij zijn prediking „als altijd onder de maat. De Heere werkt door de dwaasheid der prediking, en een dwaas voel ik me vaak. Elke zondag moet er weer iets gebeuren wat je totaal niet in de hand hebt. Maar als de Heere leven geeft aan het geraamte van je schets, dan is er altijd weer verwondering dat Hij je doorhelpt.”

Oplossingen

Zou hij iets anders doen als hij weer als kandidaat zou beginnen? „In het begin wil je het vooral gewoon heel goed doen. Je hebt er weinig oog voor dat je daar zelf zo veel tussen zit. Je denkt dat er nog heel veel van jou afhangt. Met name in Rijssen heb ik moeten leren dat wij niet alles kunnen. Maar ook dat de Heere dat weet; en dat als je per dag doet wat je kunt, je de rest aan Hem mag overlaten.

Heel vaak is het pastoraat omgaan met onmogelijkheden. Je kunt dan denken dat je dingen moet oplossen, maar wat kún je oplossen als je bij een moeder komt die te horen kreeg dat ze borstkanker heeft? Maar God is geen God van oplossingen, maar van vérlossingen. Menigvuldige verlossingen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer