In een verklaring liet Annan weten bezorgd te hebben kennisgenomen van het Amerikaanse bericht.

De Amerikaanse regering probeerde het belang van de desbetreffende aankondiging te relativeren. Woordvoerder Richard Boucher van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Washington stelde dat in de brief met de mededeling aan de Veiligheidsraad slechts staat dat de Verenigde Staten zich na de terreuraanslagen van 11 september het recht voorbehouden ook andere landen die schuld hebben aan de aanslagen aan te vallen, niet dat dat ook zeker zal gebeuren.

Intussen is bekend geworden dat er daags na de eerste Amerikaans-Britse aanvalsgolf op Afghanistan diplomatiek contact is geweest tussen de VS en Irak. Volgens diplomaten heeft de Amerikaanse ambassadeur bij de VN, John Negroponte, zondag zijn Iraakse collega Mohammed al-Douri gesproken. Negroponte zou Bagdad ervoor hebben gewaarschuwd de ontstane situatie niet te misbruiken voor eigen acties. Een dag na het gesprek heeft Al-Douri aan de Amerikaanse VN-missie een officieel Iraaks weerwoord overgebracht, aldus de diplomaten.

Annan wees erop dat het geen aankondiging was van Washington maar alleen „een principe-uitspraak dat zij alle opties openhouden." Hij wees erop dat de brief niet verschilt van de verklaring van president Bush, die zei dat de VS het recht hebben zichzelf te beschermen, „overal waar dat nodig is."