FNV: CAO–overleg wordt razend moeilijk
De FNV rekent op „razend moeilijke" CAO–onderhandelingen de komende tijd. CAO–coördinator A. Jongerius van de vakcentrale wees er maandag op dat het overleg dit jaar zo goed als stil heeft gelegen. „Er is eigenlijk geen enkele CAO waarbij ik geen problemen verwacht." Circa negenhonderd collectieve arbeidsovereenkomsten waarbij FNV–bonden zijn betrokken, zijn aan vernieuwing toe.
De FNV heeft maandag het arbeidsvoorwaardenbeleid voor 2005 definitief vastgesteld nadat de vakcentrale begin deze maand met het kabinet en de werkgevers een sociaal akkoord had gesloten. Jongerius stelt dat de financiële onderhandelingsruimte beperkt is, terwijl er een waslijst aan ingewikkelde onderwerpen op de CAO–tafel ligt.
Heikele kwesties zijn volgens de CAO–coördinator de ombouw van vroegpensioen, de introductie van verlofsparen via de levensloopregeling, de aanpak van ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid, en de kostenverdeling van de kinderopvang. De FNV maakte in september al bekend gezien de onzekere economische situatie maximaal 1,25 procent meer loon te eisen in komende CAO–onderhandelingen. Daarnaast vraagt de vakcentrale 1,75 procent extra loonruimte voor onder meer de ombouw van het prepensioen.
Volgens Jongerius hechten leden vooral veel waarde aan werkzekerheid en behoud van hun prepensioenrechten. De uitkomsten van het akkoord met het kabinet en de werkgevers zorgen er volgens de FNV in ieder geval voor dat werknemers voor hun 65e levensjaar kunnen stoppen met werken. „De uitwerking zal per CAO verschillen. Ook nu is de gemiddelde uittredingsleeftijd 61 jaar in de ene sector en 63 jaar in de andere.”
Jongerius voorziet een dilemma voor CAO–onderhandelaars dat ze enerzijds het vroegpensioen moeten ombouwen en anderzijds goede afspraken moeten maken voor de levensloopregeling. „Om de nieuwe regeling voor iedereen aantrekkelijk te maken, is een werkgeversbijdrage nodig.” Tegelijkertijd constateert de CAO–coördinator dat er al werkgevers met de gedachte spelen van de hele ombouw van het vroegpensioen een bezuingingsoperatie te maken.
VNO–NCW vindt dat bij de huidige economische situatie een uiterste terughoudende loonontwikkeling past en die is volgens de werkgeversorganisatie nul. „Een looneis van 1,25 procent is schadelijk voor de economie en de werkgelegenheid”, aldus een woordvoerster van VNO–NCW.