Gelderland blijft verontwaardigd over uitspraak hoogleraar
De provincie Gelderland blijft verontwaardigd over een uitspraak van een hoogleraar Bestuurskunde van de Radboud Universiteit, die het provinciebestuur in het openbaar betichtte van omkoping. Ook na een brief met uitleg van de rector magnificus van de RU blijft de Gelderse commissaris van de Koning John Berends vinden dat de hoogleraar heeft nagelaten een goede onderbouwing voor deze aantijging te geven. Er kunnen op zijn minst de nodige vraagtekens gezet worden bij de vraag of zo’n handelwijze passend is voor een hoogleraar, aldus Berends dinsdag.
De hoogleraar sprak op een bijeenkomst over de mogelijke herindeling van Scherpenzeel en Barneveld. De hoogleraar maakte deel uit van een door de provincie ingestelde groep die de gang van zaken rond de veelbesproken herindeling tegen het licht hield. Tijdens een analyse zei de hoogleraar: „Ik vind dat omkoping. Mag ik dat zo zeggen?” Gelderland stuurde daar een woedende brief over aan rector magnificus Han van Krieken.
In een gesprek dat Van Krieken naar aanleiding van de brief met de hoogleraar voerde zei de wetenschapper dat hij die kwalificatie wel kon onderbouwen, maar dat hij daar tijdens de bijeenkomst onvoldoende gelegenheid voor zag. Berends is daar verbaasd over: „Die gelegenheid was er wel. Bovendien zijn er altijd andere manieren om een onderbouwing in te dienen.”
Van Krieken schrijft dat de hoogleraar op persoonlijke titel bij de bijeenkomst was en dat hij net als ieder ander recht heeft op vrijheid van meningsuiting. Dat hij niet namens de universiteit sprak had aan het begin van de bijeenkomst explicieter gezegd moeten worden, aldus de RU. Gelderland verwerpt die uitleg.