Op 8 september 2017 daalde een duiker van het bedrijf Hercules af naar de bodem van de stuw bij Driel. Het stuwcomplex, dat gerenoveerd werd, bestaat uit twee bogen. Bij de noordboog was op de bodem grind aangetroffen dat verwijderd werd. Staalbedrijf BSB, dat Hercules inschakelde, vroeg zich af of er bij de zuidboog wellicht ook een tegenvaller te verwachten was. Volgens de uitvoerend directeur van Hercules, net die dag afwezig, zou er helemaal niet gedoken worden bij de zuidboog. „Daar was niet eens een werkvergunning voor”, zei de 38-jarige Sascha D.

Kort nadat de duiker op de bodem bij die boog van de stuw was aangekomen, sloeg hij alarm. Hij werd een gat in gezogen en meldde dat hij geen kant op kon. Anderhalve minuut later was de verbinding verbroken. „Je kan wel zeggen dat dit een van de zwartste dagen in mijn leven was”, reageerde D.

Dat er een gat in de sluis zat, had het duikbedrijf kunnen weten. Enkele weken ervoor had een duiker van een ander bedrijf dat al gerapporteerd. Kennelijk had er een boomstam onder de schuif gelegen, waardoor deze was beschadigd. Bauke K. (51) van het desbetreffende staalbedrijf had dat logboek niet gelezen toen hij Hercules om de inspectie van de zuidboog vroeg. Deskundigen zeggen dat het te gevaarlijk is om aan de hoogwaterzijde van een stuw te duiken vanwege de mogelijke waterdruk bij een lek. „Uit niets blijkt dat er uitvoerig onderzoek is gedaan voor de veiligheid van de duikers ter plaatse. De veiligheidsinstructies op papier werden door de verdachten niet serieus genomen”, zei een van de officieren van justitie.

Tegen de twee toenmalige directeuren van Hercules werd een werkstraf van 180 uur waarvan 60 uur voorwaardelijk geëist. De coördinator van het staalbedrijf en een invaller van Hercules hoorden voorwaardelijke werkstraffen tegen zich eisen. Het OM wil dat het duikbedrijf een ton boete krijgt, waarvan 40.000 euro voorwaardelijk. De verdachten stelden aan het begin van de zitting niet verantwoordelijk te zijn voor de dood van de duiker.