Minister boos over verspreiding beelden lijk Jürgen Conings
De Belgische justitieminister Van Quickenborne reageert met afschuw op de verspreiding van beelden van het lijk van Jürgen Conings, de militair die onder anderen een Vlaamse coronadeskundige bedreigde. De opnames doken op in buitenlandse media. De bewindsman roept de Belgische media op de beelden niet te verspreiden en niet te verwijzen naar de buitenlandse websites waarop die wel verschenen, uit respect voor de nabestaanden.
De minister betreurt dat de beelden circuleren. Hij wil dat het maken van beelden van stoffelijke resten strafbaar wordt als lijkschennis: „Het nemen en publiceren van deze beelden is wansmakelijk en verwerpelijk. Dit kan niet door de beugel. Het doet er niet toe over wie het gaat: dader, slachtoffer, of wie dan ook. Dit is moreel verwerpelijk. Laat ons die grens dan ook duidelijk in onze strafwetgeving trekken.”
Justitie begon al een onderzoek naar een persoon, mogelijk een jager, die de videobeelden en foto’s verkocht aan een Duits mediabedrijf. Het gaat om een strafonderzoek voor schending van het recht op onder meer privacy.
De voortvluchtige Conings pleegde zelfmoord in een bos in de Vlaamse provincie Limburg en werd zondag gevonden. Een jager zou een lijkgeur hebben geroken. Hij dacht dat het om aangeschoten wild ging, maar stuitte op het stoffelijk overschot van Conings bij een eik. De Maaseikse burgemeester Tollenaere had tijdens het mountainbiken de ontbindingsgeur ook waargenomen. Hij waarschuwde de politie.
De autoriteiten hadden wekenlang naar Conings gezocht.