”Deep state” is in Iran officieel realiteit
De recente presidentsverkiezingen in de Verenigde Staten maakten vooral duidelijk hoe scherp dit land gepolariseerd is geraakt. Grote groepen Amerikanen hadden zo hun twijfels over het verloop van deze verkiezingen en meer dan eens viel de term ”deep state”. Hiermee werd bedoeld dat er een parallelle macht zou bestaan die achter de schermen alle touwtjes in handen heeft.
Iemand die in het verleden voortdurend de realiteit van zo’n deep state heeft uitgesproken, is de Turkse president Recep Tayyip Erdogan. In 2007 kwam in Turkije de Ergenekon-affaire aan het licht. In Turkije zou een deep state bestaan van seculieren en militairen die erop uit waren de democratisch gekozen regering omver te werpen. Velen spraken indertijd hun vermoeden uit dat dit slechts een voorwendsel was dat Erdogan gebruikte om af te rekenen met het leger. In Europa werd echter met instemming gereageerd. Militairen dienen immers geen politiek gewicht te hebben in een democratisch bestel. Ze horen thuis in hun barakken.
Maar wat als het geen militairen betreft, maar ayatollahs en mullahs? Vrijdag 18 juni mochten 59 miljoen stemgerechtigde Iraniërs naar de stemhokjes gaan om een nieuwe president te kiezen. Er bestond weinig animo voor onder de bevolking, omdat steeds meer –vooral jonge– Iraniërs begrijpen dat het hier feitelijk een maskerade betreft. Een klucht, die de illusie in stand moet houden dat er sprake is van democratische processen en spelregels.
Het unieke van Iran is dat de deep state hier werkelijk bestaat – en in zekere zin constitutioneel is verankerd. In Turkije en de Verenigde Staten zou zoiets een constructie zijn geweest die staatkundig en juridisch illegaal is. Iran kent echter officieel een dualistisch staatssysteem.
De werkelijke macht berust bij ayatollah Ali Khamenei, die in religieuze zin onfeilbaar wordt geacht. Hij staat aan de top van een theocratische piramide waarbinnen men instituties vindt zoals bijvoorbeeld de ”Raad van Experts” en de ”Raad van Hoeders”. Hier heeft het beschermen van de eigen islamitische revolutie en de export ervan naar elders topprioriteit. Geen enkel lid van dit bestel wordt door het volk gekozen. Integendeel, zij bepalen op wie het volk mag stemmen.
Dit dualistisch karakter van de Iraanse staat vindt men bijvoorbeeld ook terug in de militaire sfeer. Vrij algemeen bekend is de Islamitische Revolutionaire Garde (IRG). Veel minder bekend is echter dat Iran zoals iedere staat ook een regulier leger heeft dat volkomen los staat van de IRG. Die strijdkrachten moeten de Iraanse grenzen verdedigen. De IRG heeft een heel andere taak. Zij dient het Iraanse politieke systeem –lees: de islamitische revolutie– te beschermen. De IRG functioneert binnen de theocratische piramide en wordt daarom voortdurend door Khamenei geprezen.
Het is dan ook niet nodig al te veel waarde te hechten aan de uitkomst van de Iraanse presidentisverkiezingen. Het maakt eigenlijk niet zoveel uit of een zogenaamde hervormer of iemand als Ebrahim Raisi wint. Ieder besluit dat de toekomstige president van Iran neemt dient namelijk de goedkeuring te dragen van de Opperste Leider Khamenei. Hij heeft op alles een absoluut vetorecht.