Duitse chipmaker waarschuwt voor knelpunten in productie
Ondanks dat de fabrieken op volle toeren draaien, waarschuwt de Duitse chipmaker Infineon Technologies voor knelpunten in de productie van computerchips door de coronacrisis. Dat komt volgens Infineon ook omdat het concern afhankelijk is van andere chipmakers, meldt het in een handelsbericht.
In het tweede kwartaal van het gebroken boekjaar, dat eind maart eindigde, verkocht Infineon vooral in de autosector veel halfgeleiders. Volgens topman Reinhard Ploss is de markt voor halfgeleiders „booming” en komt dat door de energietransitie en digitalisering. Ploss waarschuwt wel dat Infineon last heeft van knelpunten in die segmenten waar het bedrijf afhankelijk is van elektronische componenten die door andere bedrijven worden gemaakt. Dat gaat dan met name om chips voor auto’s en producten die verbonden zijn met het internet.
De omzet van Infineon kwam eind maart uit op 2,7 miljard euro, een stijging van 3 procent ten opzichte van het vorige kwartaal. Dat is ongeveer gelijk aan waar analisten in doorsnee op rekenden. Onder aan de streep hield de chipmaker 203 miljoen euro over, een vijfde minder ten opzichte van eind december 2020.
De vraag naar computerchips is nog steeds hoog en zorgt voor problemen in meerdere sectoren, waaronder de autobranche. Door de coronacrisis is er veel meer vraag naar laptops voor thuiswerken en bijvoorbeeld spelcomputers nu mensen thuis zitten en dat kunnen chipproducenten moeilijk bolwerken. Daarnaast zijn chipproducenten in Europa, zoals NXP en Infineon, door het verplaatsen van productie afhankelijk van gespecialiseerde bedrijven zoals TSMC, waar ze hun chips laten maken.