Column (Jaco van der Knijff): Dromen van een gezindtebreed gedragen gloednieuw psalmboek
Ineens had ik een droom. Over een nieuwe, gezindtebreed gedragen berijming van de psalmen. Gewoon op de vertrouwde melodieën. Maar wel in een nieuwe taaljas.
Aanleiding was natuurlijk het verschijnen van De Nieuwe Psalmberijming (DNP), anderhalve maand geleden. Zeven jaar is aan het project gewerkt. En nu ligt het eindproduct er dan: een berijming in eigentijdse taal.
Maar, hoe enthousiast een groot aantal mensen er ook over is, DNP heeft de recensenten van zowel Reformatorisch Dagblad als Nederlands Dagblad niet overtuigd. Te weinig poëtisch (talent) en niet dicht genoeg bij de grondtekst van de Psalmen gebleven, was hun gezamenlijk oordeel. Dat is natuurlijk een harde dobber voor de mensen achter dit project. Maar tegelijk ook jammer: een gemiste kans.
Want ook al ben je nog zo verknocht aan je eigen berijming –of dat nu Datheen is, of 1773 of 1967 of de versie in ”Weerklank”–, wie eerlijk is zal erkennen dat er bij alle binnen de gereformeerde gezindte gebruikte versies vragen te stellen zijn. Over het taalkleed, over de achterliggende theologie, over het niveau van de poëzie. De roep om een nieuwe berijming is dan ook niet verkeerd. Die heeft trouwens de eeuwen door geklonken. Ook uit de mond van gewaardeerde theologen en geliefde oudvaders. Een berijming is immers niet heilig.
De roep is dus legitiem. Maar hoe moet zo’n breed gedragen berijming dan ooit van de grond komen? Op dit punt zit alles muurvast. En toen had ik een visioen. Ik droomde van een geheim genootschap waarin échte dichters (m/v) uit de hele gezindte zich hadden verenigd. Ze gaven geen ruchtbaarheid aan hun werk, maar wijdden zich in stilte aan de taak die ze zichzelf hadden opgelegd. Die was simpel: maak op de bestaande melodieën een berijming die én Bijbelgetrouw én poëtisch van het hoogste niveau is. Nou ja, simpel: ze hadden er hun handen vol aan. Ze kwamen veelvuldig in het diepste geheim bijeen om aan elkaars werk te schaven. Gaandeweg ontstond een berijming die van alle aspecten –taal, poëzie, theologie– het beste bood. Toen het werk klaar was, brachten de dichters hun berijming onder een raadselachtige spreuk op de markt; niemand wist wie achter de uitgave schuilging. En wat gebeurde? Tot ieders verbazing kreeg de berijming overal een enthousiast onthaal: zowel in De Wachter Sions als in De Wekker en De Waarheidsvriend. Hoe dat kon? Het was de kwaliteit: die sprak voor zichzelf en was voor iedereen direct overtuigend.
En zo zong –in mijn droom– de gezindte in de 21e eeuw zomaar gezamenlijk uit een gloednieuw psalmboek.