Zomertijd gaat weer in, klok gaat uur vooruit
De zomertijd gaat weer in. In de nacht van zaterdag op zondag gaat de klok om 02.00 uur een uur vooruit naar 03.00 uur. Voor mensen die het verzetten van winter- naar zomertijd verwarrend vinden, het ezelsbruggetje luidt: vóórjaar - klok vóóruit.
Eerder was er sprake van dat er op termijn een eind zou komen aan het halfjaarlijkse verzetten van de klok. Een meerderheid van het Europees Parlement wilde er vanaf dit jaar mee stoppen. De EU-lidstaten kunnen zelf bepalen of zij daarna permanent op zomer- of wintertijd overschakelen, maar het parlement heeft een uitstelclausule aangenomen om te voorkomen dat er een wirwar aan verschillende tijden ontstaat. De lidstaten hebben er vervolgens nog geen beslissingen over genomen.
Door de zomertijd is de nacht van zaterdag op zondag een uurtje korter, is het ’s ochtends langer donker maar in de avond langer licht. De zomertijd is ooit bedacht om mensen meer gebruik te laten maken van het beschikbare daglicht. Dat zou kunnen besparen op elektrische verlichting. Tegenstanders betwijfelen dat en veel mensen zeggen fysiek last te hebben van het verschuiven van de tijd: het verstoort de biologische klok.
In Nederland is sinds 1916 sprake van zomertijd al werden daarna verschillende regels gehanteerd. Van 1946 tot en met 1976 was er zelfs helemaal geen zomertijd. Sinds 1996 gaat de zomertijd in het laatste weekend van maart in en gaan we in het laatste weekeinde van oktober weer terug naar de standaardtijd. De wintertijd is eigenlijk de ‘normale’ tijd.