„Corona-aanpak voelt als emotionele achtbaan”
Burgers zijn het spoor bijster in de corona-aanpak. Vóór de verkiezingen bood het kabinet uitzicht op versoepelingen, nu trekt de regering de toezegging weer in. „Een emotionele rollercoaster.”
Het stijgende aantal besmettingen en ziekenhuisopnames maakt versoepelingen nauwelijks mogelijk, aldus de sombere boodschap van premier Rutte en zorgminister De Jonge. Het huidige regime blijft daarom tot 20 april van kracht. Belangrijke wijziging is dat de avondklok verschuift naar 22.00 uur.
Voor veel mensen is de corona-aanpak „een emotionele rollercoaster”, stelt prof. Kees van den Bos van de Universiteit Utrecht. „Twee, drie weken geleden was er licht aan het eind van de tunnel, nu stapt het kabinet weer volop op de rem.”
Het coronabeleid „botst” met de behoefte van burgers, signaleert sociaal psycholoog dr. Florien Cramwinckel. „Mensen willen enorm graag autonoom beslissen, maar dat blijkt nu niet mogelijk door de nieuwe opmars van het virus. Dat werkt demotiverend.”
De samenleving is aan het eind van z’n Latijn, constateert Van den Bos, hoogleraar sociale psychologie. „Burgers zijn uitgeput door het negatieve nieuws. Mensen zijn prikkelbaar.”
De tegenstrijdige communicatie van kabinet en OMT doet daar geen goed aan. „Minister Kaag meldt dat de avondklok eraf kan en het onderwijs open, minister Van Ark zegt op hetzelfde moment niet te rekenen op versoepelingen.”
Zorgwekkend
Normaal gesproken is zo’n 60 tot 70 procent van de Nederlandse burgers coöperatief (meewerkend) ingesteld, 20 procent individualistisch en 10 procent competitief (strijdlustig). „De slechte overheidscommunicatie maakt het burgers moeilijk coöperatief te blijven”, zegt Van den Bos. „Ze houden zich nog wel aan de maatregelen, maar het vertrouwen neemt af. Burgers geven ook een eigen interpretatie aan de regels.” Het vertrouwen in de corona-aanpak is gekelderd van 80 naar 40 tot 45 procent. „Zorgwekkend.”
De Utrechtse hoogleraar is kritisch over de communicatiestrategie. „We zien nu al een jaar twee mannen in donkerblauw pak maatregelen verkondigen.”
Het kabinet kan volgens hem beter toegankelijke Sterspotjes lanceren. Voor hoogopgeleiden, voor laagopgeleiden, voor allochtonen. „De besmettingen in de Utrechtse wijken Overvecht en Kanaleneiland nemen toe, omdat de boodschap van het kabinet mensen met een migratieachtergrond slecht bereikt.”
Het kabinet beloofde vóór de verkiezingen versoepelingen, mits het aantal besmettingen het zou toelaten. Nu blijkt opeens ongeveer niets mogelijk. „Je hoeft geen wappie of aanhanger van complottheorieën te zijn om daar vraagtekens over te hebben”, zegt Van den Bos. „Het wantrouwen in de samenleving groeit.”
Voor burgers voelt het wellicht alsof hun een worst is voorgehouden. Het uitblijven van versoepelingen kan voelen als „een klap in het gezicht”, stelt Cramwinckel. „Ik snap dat. Iedereen baalt, de teleurstelling is enorm.”
Toch vindt ze zo’n reactie niet terecht. „Het virus is de boosdoener, niet het kabinet. Mensen willen zo graag hóren dat de maatregelen worden versoepeld. De nuance –„mits het kan”– leggen ze daarbij snel naast zich neer. Die nuance is wel gecommuniceerd. Het kabinet kan het bijna niet goed doen, omdat de boodschap zo teleurstellend is.”
Desondanks heeft het kabinet ook volgens haar een communicatieprobleem. „De ontvanger hoort alleen de boodschap vóór de komma. De zender moet dan de boodschap niet áchter de komma plaatsen.” Of hier een strategische keus in verband met de verkiezingen achter zit, kunnen Cramwinckel en Van den Bos niet zeggen.
De overheid moet de gedragswetenschap betrekken bij de corona-aanpak, benadrukken beiden. „Van tekentafel tot Catshuis”, zegt Van den Bos. „Juist ook omdat ménsen het virus verspreiden”, legt Cramwinckel uit.
De psychologie kan volgens haar duidelijk maken wáárom burgers zich al dan niet aan de regels houden. „Wát en wie zorgen ervoor dat mensen gemotiveerd zijn de maatregelen na te leven? Uiteindelijk staat of valt een succesvol beleid met het beter aansluiten bij de belevingswereld van burgers. Dat vergroot het draagvlak.”
De zogenaamde Corona Gedragsunit van het RIVM analyseert gedragingen in de samenleving. Toch ontbreekt volgens Van den Bos nog altijd het besef dat corona niet alleen een medische en virologische crisis is, maar ook een gedragscrisis.
Ongehoorzaam
De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) pleit er sinds 12 oktober voor gedragswetenschappers actief bij het coronabeleid te betrekken. „Nog altijd niet gebeurd”, stelt Van den Bos vast. „Verbazingwekkend.”
Toch acht hij hun inbreng broodnodig. „Anders erodeert het draagvlak onder de bevolking en ontstaat burgerlijke ongehoorzaamheid. Je ziet dan mensen samenkomen in parken, omdat terrassen dichtgaan.”
Het kabinet moet een advocaat van de duivel aanstellen, adviseert Van den Bos. „Iemand die continu kritisch reageert op voorstellen van het OMT en daarmee bijdraagt aan evenwichtiger beslissingen.”