„Biden heeft het ons beloofd”, huilde een vrouw die vorige week door de Amerikaanse grenspolitie naar Mexico werd teruggestuurd. Mensensmokkelaars hadden haar volgens The New York Times wijs gemaakt dat ze onder de nieuwe president welkom was. Ten onrechte, zo bleek. Met het argument dat gedurende de coronacrisis volwassenen niet worden toegelaten, probeert Biden de stroom migranten tegen te gaan. Daarom moest zij terug.

Alleenstaande kinderen mogen echter blijven. In de achterliggende maand staken 3200 minderjaren zonder begeleiding de grens over. Daarnaast kwamen er nog eens 19.000 in gezinsverband naar Amerika. Op zoveel kinderen had de regering niet gerekend. De opvang schiet tekort.

Kinderen die Amerika illegaal binnenkomen, worden in eerste instantie ondergebracht in de detentiecentra die onder president Donald Trump in gebruik waren genomen en waar de Democraten zoveel kritiek op hadden. Biden had beloofd ze direct te sluiten. Maar hij heeft ze inmiddels weer moeten openen.

Tekort

Het zijn onaangename verblijfplaatsen, opgetrokken uit beton. De privéruimtes zijn door gaashekken van elkaar gescheiden. Dag en nacht brandt hier neonlicht. Douchen kunnen de jeugdige gasten niet en ze krijgen evenmin de gelegenheid ergens op het terrein een luchtje te scheppen.

Officieel mogen kinderen hier maximaal drie dagen blijven. Daarna moeten ze naar een opvanghuis, in afwachting van hereniging met een familielid of de toewijzing van een voogd. Maar bijna de helft van de kinderen zit langer in deze detentiecentra. Want er is een tekort aan opvanghuizen.

De regering probeert alternatieve plaatsen te vinden. Zo werd een groep kinderen ondergebracht in een Texaans woonwagenkamp dat voorheen in gebruik was als tijdelijke woonplaats voor werkers in de olie-industrie. Na protesten werd de groep snel naar elders gebracht.

Ongeveer 100.000 immigranten probeerden in februari illegaal de grens tussen Mexico en de VS te passeren. Dat is een ongekend hoog aantal, zeker gelet op de tijd van het jaar. Normaal gesproken is in de maanden mei en juni (als de weersomstandigheden het gunstigst zijn) de immigratiestroom het sterkst. Ook onder Trump lag het aantal in die maanden niet zo hoog.

Die explosieve toename valt volgens Amerikaanse commentatoren alleen maar te verklaren uit de verkiezingsbelofte van Biden dat hij een „humaner” immigratiebeleid zal voeren en snel een einde wil maken aan „de onmenselijke toestanden” aan de zuidgrens van de VS. Daardoor grepen veel mensen uit Midden-Amerika moed om de reis naar het ‘beloofde land’ te aanvaarden, al dan niet met hulp van mensensmokkelaars. Biden krijgt nu het verwijt dat hij mensen naar de VS lokt, zonder te zorgen voor voldoende en vooral fatsoenlijke voorzieningen.

Vrij spel

Om de toestroom van immigranten goed te kunnen verwerken, heeft de federale regering de Fema naar de grens met Mexico gestuurd. Deze dienst wordt normaal gesproken bij natuurrampen of calamiteiten ingezet.

Daarnaast heeft Greg Abbott, de Republikeinse gouverneur van Texas, eind vorige week 600 manschappen van de Nationale Garde naar het zuiden van zijn staat gezonden. Volgens Abbott is niet alleen het grote aantal illegale immigranten een probleem, maar ook dat mensen- en drugssmokkelaars door het nieuwe migratiebeleid vrij spel hebben. Hij stelt dat er in een maand tijd 800 criminelen, 60 bendeleden en 78 mensen die schuldig zijn aan seksueel misbruik, zijn opgepakt.

De regering-Biden verdedigt de haperende aanpak met het argument dat het onmogelijk is om in nog geen twee maanden tijd de kluwen van anti-immigratiemaatregelen van Trump (hij zou er in totaal meer dan 1000 hebben genomen) te ontwarren.

Van een crisis aan de zuidgrens wil de regering echter niet spreken. Minister Alejandro Mayorkas van Binnenlandse Veiligheid noemt het een „stressvolle uitdaging.”