De rechtbank wees zonder commentaar het bezwaar van Trump af over duizenden stembiljetten in Wisconsin, een staat die Trump met meer dan 20.000 stemmen verschil verloor van de uiteindelijke winnaar van de presidentsverkiezingen, de Democraat Biden.

Het was de laatste van drie klachten die tegen het einde van het presidentschap van Trump bij het Hooggerechtshof waren ingediend. De rechtbank had op 22 februari de andere twee bezwaren van Trump afgewezen. Ook hier ging een zaak over Wisconsin en de andere over stemmen in de staat Pennsylvania, waar Trump eveneens verloor. Lagere rechtbanken hadden Trump in alle drie zaken al in het ongelijk gesteld.

Politieke waarnemers verwachtten al dat het Hooggerechtshof niet van plan zou zijn tussenbeide te komen in de zaken en andere zaken die door zijn bondgenoten waren aangespannen, omdat het niet handelde voor het parlement (Congres) op 6 januari de overwinning van Biden bevestigde. Die stap van het Congres in het Capitool werd toen ruw onderbroken door Trump-aanhangers. Trump zelf blijft nog steeds beweren dat zijn overwinning is „gestolen” door fraude en onregelmatigheden bij de verkiezingen.