Veel extra vragen nu Europese lidstaten zelf vaccins inslaan
De EU had het perfecte plaatje moeten zijn. Landen die solidair zijn met elkaar. Geen verdeeldheid door vaccins. Dat beeld blijkt tijdens een dodelijke pandemie echter te mooi om waar te zijn.
De EU-leiders raakten in paniek toen het coronavirus vorig jaar maart om zich heen begon te grijpen. Ze besloten bijvoorbeeld ieder voor zich om de grenzen te sluiten.
De Europese lidstaten wilden na die eerste schrik beter gaan samenwerken. Een jaar later staat het er echter niet veel beter voor. EU-landen sluiten nog steeds op eigen houtje de grenzen. De Europese Commissie stuurde eind februari een brief naar zes lidstaten met een dringend verzoek om de ingestelde grensbeperkingen weer op te heffen.
De EU laat in het verkrijgen van coronavaccins ook niet het perfecte plaatje zien. De lidstaten besloten afgelopen zomer om gezamenlijk vaccins te regelen, via de Commissie. In de praktijk bleek de uitwerking lastig. Er wordt commentaar geleverd op de traagheid van de Commissie, de onvervulde beloftes van de farmaceuten en op de complexiteit van 27 lidstaten die allemaal andere wensen en visies hebben.
Het gevolg? De EU moet het op dit moment doen met flink minder doses vaccins dan verwacht. Dat is pijnlijk, omdat de vaccins worden gezien als een belangrijk middel om weer enigszins terug te kunnen naar het ‘normale’ leven.
Een groeiende groep lidstaten besluit daarom maar op eigen houtje verder te gaan. Hongarije heeft het Russische en Chinese vaccin omarmd, terwijl het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) deze vaccins nog niet heeft goedgekeurd.
Ook Tsjechië en Slowakije zijn bereid het Russische vaccin te gebruiken. Polen ziet het Chinese vaccin wel zitten. De leiders van Denemarken en Oostenrijk waren donderdag in Israël om daar de mogelijkheden van vaccinproductie te bespreken.
Dit kortetermijndenken –lidstaten willen namelijk het liefst per direct meer vaccins– gaat ten koste van voordelen op langere termijn. Het was namelijk niet voor niets dat lidstaten in de zomer besloten de vaccins samen te regelen. Het ging niet alleen maar om de uitstraling van eenheid en solidariteit naar de rest van de wereld. Het ging ook om duidelijkheid en veiligheid.
De bedoeling was juist om te voorkomen dat er allerlei nog niet door EMA toegestane vaccins in lidstaten zouden worden verspreid. Dat zou op langere termijn een gevaar vormen voor een voorspoedige vaccinatie van EU-burgers, want wat doet zo’n niet-erkend middel met de bereidheid van mensen om te worden gevaccineerd? Als je wel genoeg vaccins hebt, maar geen burgers die zo’n vaccin willen, dan kom je nog niet verder.
Het idee was toen ook om te voorkomen dat Europese lidstaten naar China en Rusland gingen kijken voor hulp. Wat willen die op langere termijn in ruil daarvoor? Welke invloed hebben zij dan op de Europese Unie?
Nog een reden voor een gezamenlijk EU-vaccinplan was dat het makkelijker is om later de coronaregels weer te versoepelen. Maar wat als een lidstaat een vaccin gebruikt die een ander EU-land niet erkent? Mogen burgers dan wel weer over en weer reizen?
Dat verschillende Europese lidstaten nu zelf hun zaakjes willen regelen, zorgt ervoor dat op langere termijn een hoop extra vragen moeten worden beantwoord.