Geen archeologieplicht voor boomkwekers Buren
Boomkwekers in het Betuwse Buren die zich verzetten tegen een archeologieplicht hebben gelijk gekregen.
Archeologisch bodemonderzoek is niet nodig als laanboom- en fruittelers in Buren een nieuw perceel willen beplanten. Dat heeft het college van Buren bepaald na protesten van boomkwekers tegen een verplichting die hen de afgelopen maanden wel werd opgelegd. Zeker vijf ondernemers waren al geconfronteerd met een dwangsom van 5000 euro.
Tree Centre Opheusden, de vereniging van laanboomtelers in de Betuwe, steunde de boomkwekers. Volgens TCO zijn de regels in het bestemmingsplan voor het buitengebied klip en klaar. Bij de vaststelling ervan besloot de gemeenteraad in 2009 unaniem dat de landboomteelt en de fruitteelt als ‘belangrijke economische dragers van de regio” van de onderzoeksplicht zijn vrijgesteld, omdat op de percelen vrijwel zeker toch niets van archeologische waarde zou worden aangetroffen.
Na een bezwaarschrift van een lokale milieuwerkgroep tegen een vergunning voor een teler in Ingen oordeelde de gemeentelijke bezwaarschriftencommissie echter dat eerst archeologisch onderzoek moest worden gedaan. Volgens haar was de vrijstelling alleen van toepassing op bestaande, toegestane laanboomteelt, niet op het in gebruik nemen van nieuwe percelen. Het Burense college nam dat over.
TCO protesteerde, waarna een juridisch adviseur van de gemeente de vrijstellingsbepaling opnieuw heeft bekeken. Hij concludeerde, mede op grond van jurisprudentie, dat ze letterlijk moet worden uitgelegd en dus betrekking heeft op zowel bestaande als nieuwe laanboomteelt.
TCO-voorzitter Goos Cardol is ingenomen met de beslissing van de gemeente. „Tegen archeologie zijn we niet, in dit geval stonden we in ons recht. De Raad van State had al in meerdere uitspraken aangegeven dat de plantekst rechttoe rechtaan moest worden gelezen. Het oordeel van de gemeente komt nog net op tijd voor het nieuwe teeltseizoen. We hadden ook op tempo aangedrongen. Het was krap aan, het had geen weken later moeten worden.”