De landbouworganisatie is woest dat door slecht veevoer de veehouders in een kwaad daglicht worden gesteld. „Het is de zoveelste keer dat de ellende van fout veevoer op het bord van het boerenbedrijf terechtkomt", aldus voorzitter Schenk van de vakgroep rundveehouderij.

LTO noemt de dioxine–affaire bizar en volstrekt onbegrijpelijk. Hoewel de betrokken voederleverancier en –verwerker beschikken over de vereiste certificaten, is de giftige stof toch in het voer gekomen. Het veevoer raakte verontreinigd door aardappelschillen. De schillen werden op hun beurt besmet door dioxine in de mergelklei die gebruikt werd tijdens het sorteren van aardappels.

Vast staat dat een deel van de besmetting van de schillen plaatsvond bij fritesfabrikant McCain. Dat bedrijf onderzoekt volgens een woordvoerder waar de aansprakelijkheid ligt. Volgens bedrijf Rodenburg, dat de schillen van McCain naar de boeren vervoerde, moet de aansprakelijkheid liggen bij de bron van de dioxine. Eerder meldde de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) dat de giftige mergelklei afkomstig is van een Duitse producent.

Volgens een woordvoerder van LTO is het moeilijk in te schatten welke schade de getroffen boerden zullen oplopen. Melkveehouders van wie de melk apart wordt ingezameld en gehouden, betwijfelen of de melk straks nog wel voldoende zal opbrengen. Zeker is dat gedupeerde boeren geen beroep kunnen doen op een „collectieve regeling of fonds".

Het Landbouw–Economisch Instituut (LEI) schat dat de schade voor boeren beperkt zal blijven. Het verwacht dat de afsluiting van de veehouderijen slechts kort zal duren en dat de dieren daarna alsnog kunnen worden afgezet. Wel vreest het LEI reputatieschade door de affaire.

LTO vindt het begrijpelijk dat minister Veerman van Landbouw uit voorzorg de boerderijen tijdelijk heeft gesloten. De voedselveiligheid mag immers niet in het geding komen.