Binnenland

Waarheid of waanzin: nepnieuws doorzien

De rechter vergiste zich dinsdag even, in al het avondkloktumult: ze gebruikte de oude naam Viruswaanzin voor actiegroep Viruswaarheid. Het is ook maar weinig letters verschil, en wie weet soms waar de grens ligt? Het is precies dát gevoel waarop Netwerk Mediawijsheid inspeelt met de nieuwe website isdatechtzo.nl.

L. Vogelaar
17 February 2021 15:49
beeld ANP, Koen van Weel
beeld ANP, Koen van Weel

Juist in een crisis als de huidige tiert desinformatie welig, zegt netwerkdirecteur Mary Berkhout-Nio. „Vorig voorjaar waren we voor het ministerie van Binnenlandse Zaken bezig met een project waarin we professionals in onderwijs, zorg en journalistiek oproepen nepnieuws niet te negeren, maar bewust te weerleggen, want dat is nodig. Toen de coronacrisis uitbrak, merkten we dat nepnieuws steeds meer impact op de gewone man had. Er is behoefte aan een onafhankelijke website waarop wordt aangereikt wat er achter nepnieuws zit en hoe je het kunt herkennen.”

Bijna zeven op de tien Nederlanders maken zich zorgen over het rondstrooien van nepnieuws, bleek juist vorige week uit onderzoek dat het netwerk liet uitvoeren. Onjuiste berichten –al dan niet bewust verspreid– kunnen ook de verkiezingen voor de Tweede Kamer beïnvloeden, vreest 60 procent van de ruim duizend mensen die werden ondervraagd.

Ongerustheid

Ruim driekwart denkt dat onjuiste informatie een rol speelt in de berichten rond het coronavirus en vaccinaties. „Een crisis maakt mensen ongerust”, zegt Berkhout. „Ze gaan op internet op zoek en komen van het één op het ander. Algoritmen –wiskundige formules die bepalen wat je als eerste te zien krijgt– zorgen ervoor dat ze vrij snel op plekken terechtkomen waar onzin staat. Traditionele media spelen een grote rol: zij jagen de onrust aan door meningen van wetenschappers en complotdenkers tegenover elkaar te zetten alsof die gelijkwaardig zijn.”

Verspreiders van nepnieuws hebben verschillende motieven. „Geld speelt een rol: met een schreeuwende kop trek je de aandacht van mensen, die vervolgens een adverentie te zien krijgen. Daarnaast zijn er mensen die zelf onderzoek hebben gedaan en die echt in hun eigen conclusies geloven en die via alle mogelijke kanalen verspreiden, ook al klopt er niets van. Een derde categorie vormen mensen die willen rellen of chaos scheppen en daarom bewust leugens verspreiden. In sommige landen stimuleert en betaalt het regime hen: verdeel en heers.”

Wie onderscheidt intussen zin en onzin in de informatiestroom? Om daarbij te helpen, stelde de overheid in 2008 Netwerk Mediawijsheid in. Meer dan duizend organisaties zijn erbij aangesloten. Ze introduceerden de Week van de Mediawijsheid en het spel MediaMasters. Het netwerk ontwikkelt voor de nieuwe website specials, zoals over propaganda door de eeuwen heen. Daarnaast wordt met video’s en animaties uitgelegd hoe nepnieuws werkt en hoe het verspreid wordt. Dan gaat het bijvoorbeeld over algoritmes op sociale media en het gebruik van ”deepfake”, diepgaande onzin. Ook in onzin zijn er gradaties.

Vertrouwen

Zo’n 74 procent van de Nederlanders vertrouwt traditionele media, zoals dagbladen en omroepen. Veel minder vertrouwen is er in sociale media, terwijl die juist door de meeste Nederlanders als nieuwsbron worden gebruikt.

Driekwart van de ondervraagden denkt wekelijks of vaker nepnieuws tegen te komen. Tegelijkertijd geeft 64 procent van de Nederlanders aan dat zij nooit een nepnieuwsbericht delen.

Een meerderheid (58 procent) denkt nepnieuws te kunnen herkennen, maar slechts 21 procent verwacht dat anderen daartoe in staat zijn. Netwerk Mediawijsheid wil daarbij helpen, zegt Berkhout. „Met de nieuwe website streven we ernaar dat mensen kritischer en weerbaarder worden.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer