Afrikaanse kerk kreeg klap na kerstvakantie
Duizenden arbeidsmigranten reisden tijdens de kerstvakantie vanuit Zuid-Afrika terug naar hun geboorteland in de regio. Zonder dat ze het beseften namen velen de nieuwe Zuid-Afrikaanse variant van het coronavirus met zich mee. Een klap voor de kerk op het continent.
Landen als Namibië en Malawi kregen het begin 2021 zwaar te verduren door het virus. Terwijl iedereen dacht dat de pandemie weinig meer voorstelde, moesten mensen opeens schakelen naar het nieuwe normaal. Deze situatie heeft, net als in Nederland, grote consequenties voor de kerk, zegt ds. W. H. den Hartog, regiocoördinator voor de Gereformeerde Zendingsbond (GZB) in zuidelijk Afrika en woonachtig in Blantyre, Malawi. De GZB werkt zowel in Malawi als in Namibië samen met een aantal partnerorganisaties. De regiocoördinator sprak met hen over de nieuwe ontwikkelingen.
Mensen die in de kerstvakantie naar hun geboorteland reisden, bezochten daar tijdens Kerst en de jaarwisseling kerkdiensten, weet ds. Den Hartog. Deze bijeenkomsten fungeerden als ”superspreading event”, een gebeurtenis waarbij bovengemiddeld veel mensen besmet raken, met een groot aantal zieken en doden tot gevolg.
Dit leed speelt zich vooral af in de middenklasse en de hogere klassen van de bevolking. Een verklaring hiervoor is volgens de predikant dat in deze klassen welvaartsziekten veelvuldig voorkomen. „Het beeld is dat armen minder ziek zijn van Covid-19. Ook veel ervaren christelijke leiders in zuidelijk Afrika lieten het leven. Met hun heengaan gaat veel kennis en geestelijke wijsheid verloren. Het is een grote klap voor de kerk van Christus in dit deel van de wereld. De tijd zal moeten leren hoe deze klap wordt opgevangen.”
Uitdagingen
Ds. Den Hartog sprak onder anderen met de Malawische predikant ds. Gerald Chifambi (45) van de Madzi-Ebango CCAP (Church of Central Africa Presbyterian). Deze kerk staat op de grens met Mozambique.
„Ds. Chifambi beaamde dat de middenklasse geraakt wordt. Onder zijn gemeenteleden bevinden zich verschillende douaniers, belastingambtenaren en politieagenten met een goed salaris. Een lid van de vrouwenvereniging overleed aan Covid-19.”
Collega-predikant ds. Chicco Katola (38), uit het iets westelijker gelegen Namwera, is voorganger in een arm gebied. Zijn gemeenteleden hebben geen geld om een mondmasker te kopen, laat staan dat ze hun handen met zeep of ontsmettingsmiddel kunnen wassen. In zijn gemeente zijn er nog geen doden gevallen.
De van oorsprong Congolese predikant ds. Pierre Paul Tshituni Mutombo (56) uit Windhoek, Namibië, herkent zich in het beeld dat armen minder klachten door Covid-19 hebben. Desondanks wordt de arme gemeente in de sloppenwijk Katatura behoorlijk geraakt. De huur van het gebouw waar hij wekelijks een kerkdienst en kinderclub houdt, kan niet meer worden opgebracht.
Ds. Den Hartog: „De kerkgebouwen blijven open, maar door angst voor het virus komen veel minder mensen naar de kerk. Met als gevolg dat de financiën teruglopen en het geestelijk leven in een dip zit.”
De overheid ontmoedigt de volle voortgang van het kerkenwerk. „Ds. Chifambi kan geen huisbezoeken meer afleggen. Reizen is nu eenmaal gevaarlijk. Activiteiten in binnenruimten, zoals werken aan de administratie, pastoraat bedrijven en met elkaar bidden, zijn stopgezet.”
Gezichtsmasker
Ook in Namibië heeft de overheid strenge maatregelen genomen. Ds. Mutombo, voorganger van Saved to Serve Ministries, staat erachter. „Hij zegt dat de maatregelen er voor onze bestwil zijn. Ik citeer: „De Bijbel zegt dat we de overheid moeten respecteren en dat is niet voor niets. Een van de belangrijkste dingen die ik doe, is werken onder de allerarmste kinderen van Windhoek. Ik zorg er dan ook voor dat ze allemaal een gezichtsmasker hebben, zodat we toch bij elkaar kunnen komen.”
In Malawi worden begrafenissen doorgaans in groten getale bezocht. De overheid heeft deze toeloop nu een halt toegeroepen. Volgens de GZB-werker nemen predikanten zelf ook voorzorgsmaatregelen bij het leiden van een begrafenis, bijvoorbeeld door sommige elementen uit de liturgie weg te laten.
Koorts
Ondanks alle overheidsmaatregelen leven veel mensen in zuidelijk Afrika in angst, bleek uit gesprekken van ds. Den Hartog met de Afrikaanse predikanten. Hun gemeenteleden gaan op dit moment niet graag op pad voor hun dagelijkse werkzaamheden. Als er iemand koorts heeft, heerst er grote angst voor Covid-19.
De overvloed aan nepnieuws doet de situatie geen goed. „Ds. Chifambi zei: „Nepnieuws brengt mensen in geestelijke slavernij. Zo gaat het hardnekkige gerucht dat patiënten worden gedood door zorgpersoneel in ziekenhuizen. Dit zorgt ervoor dat mensen met wat voor ziekte dan ook gezondheidscentra mijden, met nog meer doden als gevolg. Daarnaast zitten sommige ouders in angst over de toekomst van hun dochters. De scholen zijn gesloten waardoor veel meisjes ongewenst zwanger raken. En dan hebben mensen ook nog zorgen over hoe ze aan voedsel moeten komen. De nieuwe oogst komt immers pas in maart. De huidige pandemie maakt deze zorgen alleen maar groter.”
De predikanten en hun gemeenteleden komen in kleine groepen samen, zegt ds. Den Hartog. Ouderen blijven thuis en houden daar zelf een kerkdienst. „Ds. Chifambi staat zieken bij via de telefoon, ds. Mutombo ontmoet kinderen alleen nog maar buiten, onder het bladerdak van een paar bomen. In plaats van 150 kinderen komen er nu 270 kinderen naar het Evangelie van Jezus luisteren.”
Een andere zegen is dat de Afrikaanse kerkleden niet rusten met het roepen tot God. „Zij bidden meer dan voorheen.”