Armoede: Bush en Kerry vergaten 36 miljoen kiezers
Bob Vitillo heeft tijdens de campagne voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen veel horen praten over ”swing states”, waar de uitslag van de verkiezingen nog ongewis is, over blauwe staten die voor Kerry zijn en over rode die Bush steunen. Maar niemand spreekt in dit verkiezingsjaar over wat hij „Amerika’s 51e staat” noemt - de 36 miljoen Amerikanen die in armoede leven. „Dat zijn meer kiezers dan Californië telt.”
„Wanneer ik arme mensen spreek, zeggen ze keer op keer dat ze zich genegeerd en vergeten voelen”, vertelt Vitillo, directeur van de Catholic Campaign for Human Development, een rooms-katholieke organisatie die strijdt tegen armoede. „Het lijkt erop dat zij voor de politiek niet bestaan.”
De frustratie van Vitillo wordt gedeeld door andere religieuze leiders. Zij constateren dat de armoede in de samenleving vrijwel niet aan bod kwam in de campagne van Bush en Kerry. In een verkiezingsjaar dat werd gedomineerd door terrorisme, Irak en de economie kregen „de minsten in de maatschappij” ook de minste aandacht.
De presiderende bisschop van de Evangelisch-Lutherse Kerk in Amerika, Mark Hanson, heeft er zo genoeg van gekregen dat hij in een uitzonderlijk scherpe verklaring beide kampen erop wees dat terrorisme niet het enige probleem is in de Amerikaanse samenleving.
„President Bush en senator Kerry beweren beiden gelovige mensen te zijn. Het is mogelijk dat zij verschillen over leerstellige punten of over morele kwesties. Maar het lijkt me dat op grond van de Bijbel één punt hen moet verenigen: de profetische oproep dat God van Zijn volk verwacht dat het naast de mensen gaat staan die in armoede leven”, zo zei Hanson in een interview.
In deze campagne is van beide kanten veel energie gestoken in het wekken van de interesse van de religieuze kiezer.
Critici constateren echter dat beide campagnevoerders veel gestreden hebben over vroomheid, maar daarbij hun opdracht te zorgen voor de armen hebben laten liggen. Terwijl die opdracht essentieel is voor alle gelovigen. Vitillo: „Armoede is tijdens de verkiezingsstrijd slechts in het voorbijgaan genoemd.”
In de Rooms-Katholieke Kerk, waar sommige conservatieven vragen hebben gesteld bij de geloofsbrieven van Kerry vanwege zijn steun aan de abortusbeweging, zeggen anderen dat de kwestie een zware schaduw werpt op de rijke kerkelijke geschiedenis van zorg voor de armen. „Het is heel gemakkelijk om abortus tot het enige onderwerp te verheffen. Dat kost geen enkele penny”, aldus de Benedictijner non Joan Chittister. „Je hoeft dan niet vrijgevig te zijn, geen aalmoezen te geven, niet gewetensvol te zijn, je moet slechts hard kunnen schreeuwen.”
Het moet gezegd dat in beide campagnes armoede wel indirect aan bod is gekomen. Bush heeft opgeroepen „de sluizen van mededogen te openen”; Kerry en zijn running mate Edwards klaagden over de ”twee Amerika’s” die van de ”have’s” en de ”have nots”. Maar alle gerichte initiatieven in de strijd tegen aids en tegen armoede overzee ten spijt geschiedt de binnenlandse hulp aan de armen slechts indirect, via belastingverlaging, onderwijs en laag betaalde banen.
Hoewel beide campagneteams zeggen begaan te zijn met de armoede in de VS, zijn de burgers het meest bezorgd en geïnteresseerd in terrorisme, de oorlog in Irak en de economie. Partijstrategen nemen de media ook kwalijk dat zij alleen maar uitzendingen verzorgen over voorbije oorlogen en paardenwedstrijden.
Mike McCurrt, de voormalige perswoordvoerder van president Clinton en tegenwoordig adviseur van Kerry, zegt: „Het is zeer frustrerend, in het bijzonder voor de Democraten, dat we de media niet kunnen interesseren voor een discussie over armoede, zwervers, honger en bezitloosheid.”
Ralph Reed, voorheen voorzitter van de Christian Coalition en tegenwoordig campagneadviseur van Bush, beweert dat zijn baas de armoede wil aanpakken door andere problemen op te lossen. „We weten dat wanneer je mensen wilt verlossen van armoede, je moet zorgen voor een stabiel gezinsleven en goede scholing.”
Religieuze conservatieven, in het bijzonder de evangelicale achterban van Bush, zijn vooral gericht op thema’s als abortus, het homohuwelijk en stamcelonderzoek. In een recent gepubliceerde open brief van de organisatie Focus on the Family uit Colorado Springs, hebben zo’n 75 evangelicale leiders een lijst gegeven van zes onderwerpen die bepalend moeten zijn voor het stemgedrag van de Amerikanen: het hooggerechtshof, terrorisme, abortus, homohuwelijk, embryonaal stamcelonderzoek en milieu. Armoede kwam daarop niet voor.
Volgens een van de ondertekenaars, Danny Akin, president van de Southern Baptist Theological Seminary, is de brief „niet uitputtend.” Hij vindt dat kiezers zich zowel door de morele opvattingen als door de zorg voor de armen moesten laten leiden. „We negeren een wezenlijk aspect van het christelijk leven en het christelijk geweten als we geen aandacht hebben voor de armoede”, zo poneert hij. „Het is niet of het een of het ander, maar zowel het een als het ander.”
Onderzoeken wijzen uit dat kiezers wel degelijk bezorgd zijn over de armoede in de maatschappij, maar bij het uitbrengen van hun stem zich daar in het algemeen minder door laten leiden dan door andere zaken.
In een nationaal kiezersonderzoek naar de grote maatschappelijke problemen in de VS dat het bureau van Vitillo in januari uitvoerde, staat armoede op de dertiende plaats. Daarmee komt het na het bestuur, de economie en terrorisme. Onder de Amerikanen met een laag inkomen stond armoede op de vierde plaats, na werkgelegenheid, gezondheidszorg en onderwijs.
In een ander nationaal onderzoek van de organisatie Bread for the World zegt 78 procent van de bevolking benieuwd te zijn naar de plannen van de presidentskandidaten om de armoede te bestrijden, terwijl 15 procent hun standpunt wil weten omtrent het homohuwelijk.
John Fox, een fiscaal jurist die doceert over armoedeproblematiek aan het Mount Holyoke College in South Nadley (Massachusetts), vindt dat de politici met hun plannen voor belastingverlaging inspelen op de verlangens van de middeninkomens. Dat maakt het voor hen moeilijk om ook iets te doen voor de groepen met een laag inkomen.