Nikkei begint 2021 lager door coronazorgen Tokio
De Japanse aandelenbeurs is maandag met verlies begonnen aan het nieuwe jaar. De vrees voor strengere coronamaatregelen in Tokio om de stijging van het aantal coronabesmettingen in de Japanse hoofdstad te stoppen, zorgden voor terughoudendheid bij beleggers. De andere belangrijke beursgraadmeters in de Aziatische regio begonnen met winsten aan 2021 dankzij een verdere groei van de Chinese industrie in december.
De hoofdindex in Tokio, de Nikkei 225, eindigde uiteindelijk 0,7 procent lager op 27.258,38 punten. Volgens persbureau Kyodo News overweegt de Japanse premier Yoshihide Suga om de noodtoestand uit te roepen in Tokio en de omliggende gebieden waar het aantal coronagevallen in de afgelopen dagen sterk is gestegen. Vooral de luchtvaartmaatschappijen, transportbedrijven en detailhandelsbedrijven stonden onder druk door de vrees voor nieuwe reisrestricties en kortere openingstijden voor winkels.
In Shanghai noteerde de beurs tussentijds 0,7 procent in de plus en de Hang Seng-index in Hongkong won 0,5 procent. Uit cijfers van marktonderzoekers Caixin en Markit bleek dat de bedrijvigheid van de omvangrijke Chinese industrie in december opnieuw is toegenomen. Het groeitempo was wel wat lager dan in november.
Op de Hongkongse beurs zakten China Mobile, China Telecom en China Unicom Hong Kong tot 4 procent. De beursuitbater van New York gaat de noteringen van de drie Chinese telecombedrijven beëindigen. Dat doet de beursexploitant op last van de regering-Trump. Die verbood vorige maand Amerikaanse investeringen in Chinese bedrijven die volgens Washington worden gecontroleerd door of eigendom zijn van het leger in China. Peking heeft aangekondigd met tegenmaatregelen te komen.
De Kospi in Seoul was een uitblinker met een winst van dik 2 procent, ondanks een recente toename van het aantal coronabesmettingen in het land. Beleggers reageerden verheugd op het nieuws dat de export van Zuid-Korea in december in het snelste tempo is toegenomen in meer dan twee jaar. Dat komt mede door een sterke vraag naar smartphones en computerchips. In Sydney kreeg de Australische All Ordinaries er 1,5 procent bij.