Surinamer ligt niet wakker van bezoek Pompeo
De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Mike Pompeo, bezoekt donderdag Suriname. Een historische gebeurtenis, want niet eerder zette zo’n hooggeplaatste Amerikaanse vertegenwoordiger er voet aan de grond.
De meeste Surinamers laten het bezoek echter gelaten aan zich voorbijgaan. Zij hebben momenteel de handen vol om te overleven.
Pompeo zal vooral de toekomst van de energiesector bespreken. Begrijpelijk, want voor de kust van Suriname zijn recentelijk grote olievoorraden aangeboord en de Amerikanen willen de zekerheid dat daar verstandige dingen mee gebeuren en dat de belangen van betrokken Amerikaanse bedrijven zijn gegarandeerd.
Ook wil Washington weten of het Venezuela-beleid van Suriname inmiddels is veranderd. Onder de vorige president Desi Bouterse was Suriname één van de weinige landen in de wereld die het dictatoriale bewind van Nicolas Maduro nog steunden. Dat was tegen het zere been van de Verenigde Staten.
Het bezoek is sowieso een opsteker voor Bouterse’s opvolger Chandrikapersad Santokhi. Zijn regering komt in de eerste twee maanden maar moeilijk op stoom en daarom kan hij een persoonlijk succesje wel gebruiken. Pompeo zal hem ongetwijfeld alle steun toezeggen. Want de Amerikanen zijn dolblij dat Bouterse inmiddels van het toneel is verdwenen. Die was in alle opzichten omstreden en wordt internationaal gezocht wegens zijn veroordelingen voor betrokkenheid bij drugshandel en is in eigen land inmiddels veroordeeld voor zijn rol bij de decembermoorden van 1982.
De grote vraag vooraf was of Pompeo vicepresident Ronnie Brunswijk de hand zal willen schudden, want ook hij heeft een stevig crimineel verleden. Voor veel Surinamers maakt dat het bezoek van Pompeo nog een beetje interessant. Maar voor de rest liggen ze er niet wakker van. Want zij beseffen dat Pompeo geen grote zak met dollars bij zich heeft om het land uit het diepe economische slop te trekken.