Een opvallend pand naar Oostenrijkse snit, op de hoek Hoofdstraat/Smidsplein in het grensdorp Voorthuizen tussen Vallei en Veluwe. Winkel en woonhuis verrezen in 1976, na de grote brand die het eerdere bedrijf in de as legde. Rijk de Nooy (63), vader van eigenaar Hans (35), leverde de ruwe bouwtekening destijds aan bij de architect. Tegenstribbelende gemeenteambtenaren zwegen, het pand werd een markeringspunt voor wie het dorp vanuit het oosten binnenrijdt.

Een groot deel van de 250 jaar huisde de firma in Nijkerk, waar Jan Woutersen Nooy -toen nog zonder ”De”- in 1754 het bedrijf grondvestte. Na een enkel jaar Kleterstraat volgde de Holkerstraat. Pas in 1939 werd het Voorthuizen. „We waren hier de negende schilder”, zegt Hans de Nooy, directeur van de BV sinds 2000. „Mensen vonden die stap belachelijk, onze overlevingskans werd laag ingeschat.”

In Voorthuizen startte de opa van de huidige directeur, ook een Johannes. Hij was er één in de lange rij schilders die een duidelijk artistiek stempel drukte op de zaak. „Opa De Nooy was de creatieveling”, zegt de kleinzoon. „Hij is de grondlegger van de duidelijke uitstraling die onze zaak nog steeds heeft. Hij ontwierp bijvoorbeeld het oorlogsmonument in Voorthuizen en maakte her en der grote wandschilderingen.”

Ook het werken met bladgoud of marmerimitatie was een kunst waar opa zich graag in uitleefde. Zoon Rijk volgde hem daarin na. Kleinzoon Hans werd weliswaar meesterschilder, maar laat de bijzondere technieken toch liever over aan enkele medewerkers die zich erin bekwaamden. Het gevolg is dat een bord van De Nooy vaak hangt bij panden die de middelmaat (ver) ontstijgen. „De oude pastorie hier is daarvan een mooi voorbeeld. Die kunst wil ik heel graag in het bedrijf houden.”

Na een top van 47 medewerkers bij de laatste overname, werken er nu 43 mensen -parttimers meegeteld- binnen de holding. „Groeien is geen voorwaarde. Wel wil ik boven de 7 procent rendement uitkomen, waar 3 tot 5 gebruikelijk is in de branche. Investeren blijft nodig.” De ”werkzaken”, schilders-, glaszet- en afwerkingsbedrijven, huizen in Barneveld. Het Voorthuizense pand herbergt de speciaalzaak voor „vloer, wand, plafond en buiten”, sinds zes jaar volgens de franchiseformule Colours@home. Via de winkel komen veel klussen binnen, zodat die sowieso onmisbaar is.

Bedrijfsleider van de vele malen verbouwde en vergrote winkel is Evert-Jan van Norden (53), sinds 1968 in dienst en nooit meer weggegaan. Dat het bedrijf meer mensen blijvend aan zich wist te binden, blijkt uit het feit dat diverse schilders er hun veertigjarig jubileum vierden. Van Norden: „Uniek in de branche: geen ontslagen in de winterperiode. Werk afschermen, inpakken, verwarmen, toepassen van andere verfsoorten: technisch is veel mogelijk.”

De Nooy: „Mijn medewerkers staan centraal. Schilders moeten goed in hun vel zitten om optimaal te presteren. En bij een uurloon van gemiddeld 40 euro móét er ook wel solide werk worden geleverd.”

Om de continuïteit in het werk te waarborgen, maakt De Nooy sinds een aantal jaren deel uit van de coöperatieve brancheorganisatie Planbuilding. Vrij opzegbare onderhoudsabonnementen -met name in de particuliere markt- geven de aangesloten schildersbedrijven werkgarantie. Klanten zijn -onder andere via controle door Vereniging Eigen Huis- verzekerd van een goede staat van hun dure verfwerk.

„We werken bovenregionaal, hebben bijvoorbeeld een flink rayon in Amsterdam. Verder hebben vakantiegangers goede ervaringen in de winkel, of met ons werk bij hen op de camping. Zij vragen ons dan ook thuis de boel te komen onderhouden.”

Dat de klant altijd bepalend is, horen sollicitanten meteen, zegt De Nooy. „Geen tattoo’s, geen oorbellen, geen radio op het werk als de klant dat niet wil. Dat zijn De Nooy-regels, maar de eisen binnen de coöperatie liggen sowieso hoog.”

Onderhoudsabonnementen en het gemak van toegevoegde diensten -Van Norden: „Verf, behang, vloerbedekking en gordijnen uit één winkel én vakkundig aangebracht”- lokken de laatste tijd weer meer particulieren naar speciaalzaken. „Gemak, vertrouwen, service, het heeft allemaal z’n waarde. Het tij voor de Gamma’s en de Formido’s is echt aan het keren”, aldus Van Norden.

Het begeerde uithangbord ”Koninklijk” hoopt De Nooy over vier jaar alsnog te verkrijgen. De procedure was bijna rond toen bleek dat aan één voorwaarde niet werd voldaan: het overleggen van een originele nota uit 1754 waaruit blijkt dat er voor een overheidsinstelling is gewerkt. „Van 1758 is die er wel. Nou, dan wachten we toch gewoon vier jaar? In 2008 Koninklijke De Nooy, 254 jaar oud.”