Buitenland

Onderzoek naar dood twee Serviërs

Een onafhankelijke commissie is donderdag een onderzoek begonnen naar de mysterieuze dood van twee Servische soldaten op een basis bij Belgrado begin oktober. Volgens berichten in de Servische pers houdt de dood van de twee soldaten verband met de mogelijke verblijfplaats van de voortvluchtige Bosnisch-Servische generaal Ratko Mladic.

Buitenlandredactie
22 October 2004 08:24Gewijzigd op 14 November 2020 01:47

De lichamen van de twee soldaten, Dragan Jakovljevic en Drazen Milovanovic, werden op 5 oktober gevonden op het terrein van de grote legerbasis bij de Servische hoofdstad. De soldaten moesten de basis die dag bewaken. Beiden waren met een vuurwapen om het leven gebracht.

In het eerste onderzoeksrapport van het Servische leger werd geconcludeerd dat de twee soldaten elkaar hadden doodgeschoten. Met het geweer van de ene soldaat bleken veertien kogels afgevuurd en met het andere zes. In een ander officieel onderzoeksrapport werd gesteld dat de ene soldaat de andere had doodgeschoten en daarna zelfmoord had gepleegd.

Beide versies worden echter bestreden door Servische nieuwsmedia en de ouders van een van de soldaten. Volgens berichten in de media zat Ratko Mladic wellicht ondergedoken in de barakken op de betreffende legerbasis en heeft de dood van de twee soldaten daarmee te maken. „Mijn zoon is dood omdat hij een groot geheim heeft ontdekt”, zei Petar Milovanovic, de vader van een van de soldaten. „Ze moesten dood zodat ze het geheim mee zouden nemen in hun graf.”

Volgens de Servische minister van Defensie, Prvoslav Davinic, heeft een team van het leger de basis een week voor de dood van de twee militairen nog onderzocht. Hij zei dat er geen verdachten voor het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag werden gevonden.

Davinic zei dat het onderzoek naar de dood van de twee soldaten waarschijnlijk tot het einde van dit jaar zal duren. De voorzitter van de commissie, Bozo Prelevic, zei dat voor het onderzoek de lichamen van de soldaten moeten worden opgegraven. Ook moeten de beelden van de surveillancecamera’s rond de basis opnieuw bekeken worden.

Mladic wordt gezocht door het Joegoslavië-tribunaal voor de leidende rol die hij gespeeld zou hebben bij de massamoord op duizenden Bosnische moslims uit de enclave Srebrenica in juli 1995. Naast de Bosnisch-Servische ex-president Radovan Karadzic is hij de belangrijkste verdachte uit de Bosnische oorlog die nog op vrije voeten is.

Troepen van de NAVO-vredesmacht SFOR voerden donderdag een onaangekondigde huiszoeking uit in een huis in de Bosnisch-Servische stad Pale. De SFOR-soldaten wilden niet zeggen wiens huis zij doorzochten en waarom, maar inwoners van Pale verklaarden dat het het huis van Stjepan Koroman was, een aanhanger van Karadzic.

Overigens heeft de regering van Bosnië-Herzegovina donderdag een oud-medewerker van Karadzic, Dragan Bozanic, benoemd tot ambassadeur bij Raad van Europa. De Bosnische media maakten dit donderdag bekend. De Raad van Europa houdt zich bezig met de bescherming van mensenrechten en het bevorderen van eenheid tussen zijn leden op Europees niveau.

De benoeming van Bozanic werd gesteund door de Servische en Kroatische leden van het driekoppige presidium van de voormalige Joegoslavische republiek Bosnië-Herzegovina. Alleen het moslimlid Sulejman Tihic was tegen de keuze van de Bosnische Serviër.

Voor de oorlog in Joegoslavië (1992-1995) werkte Bozanic als journalist bij Sarajevo TV. Daarna werd hij minister van Informatie onder de regering van Karadzic. Na de oorlog kreeg Bozanic het ambassadeurschap van Bosnië-Herzegovina in de VS. De Amerikaanse regering weigerde hem echter te ontvangen vanwege zijn rol tijdens de oorlog.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer