Istanbul doet nieuwe poging burgemeester te kiezen
Istanbul kiest zondag voor de tweede keer binnen drie maanden een burgemeester. Het prestige van president Erdogan en zijn AK-partij staan op het spel.
Als we Istanbul verliezen, dan verliezen we Turkije, zou de Turkse president Recep Tayyip Erdogan ooit hebben gezegd. Die uitspraak deed hij niet voor niets. Er is Erdogan bijzonder veel aan gelegen het burgemeesterschap in handen van zijn AK-partij te houden.
Istanbul is het hart van Turkije. De stad herbergt niet alleen 18 procent van de Turkse bevolking, maar levert ook bijna een derde van het bruto nationaal product en is daarmee dé motor van de Turkse economie. Daar hebben de president en zijn partij de afgelopen jaren de nodige graantjes van meegepikt.
Maar daar is niet alles mee gezegd. De symbolische waarde van de stad is minstens zo groot als haar economische potentie. Dit was eens de zetel van het machtige Ottomaanse rijk. Bovendien weerspiegelt Istanbul de Turkse samenleving, samengevat in één metropool. Inwoners zijn uit alle delen van het land afkomstig en bepalen met elkaar de culturele diversiteit van de stad.
En dan is er nog de persoonlijke betrokkenheid van Erdogan. Hij won in 1994 de burgemeestersverkiezingen in Istanbul. Dat vormde de aanloop naar een gestage opmars richting de hoogste regionen van de macht in Turkije.
Het was dan ook extra zuur dat kandidaat Ekrem Imamoglu van oppositiepartij CHP op 31 maart de burgemeestersverkiezingen won. Hij versloeg de kandidaat van de AK-partij, Binali Yildirim.
De AK-partij vocht de uitslag aan. Er zouden zich onregelmatigheden bij de stembureaus hebben voorgedaan. Na een hertelling bleek Imamoglu echter nog steeds zo’n 14.000 stemmen meer dan zijn rivaal te hebben.
Daarop eiste de AK-partij dat de verkiezingen overnieuw zouden worden gedaan. Met zo’n minimaal verschil in de uitslag, kon het volgens haar niet anders of er was gefraudeerd. De centrale kiesraad zwichtte voor de druk.
Tegenstanders spraken schande van deze gang van zaken. Aanvankelijk klonk de roep de verkiezingen van zondag te boycotten, om daarmee het signaal af te geven dat men niet meegaat in een ondemocratisch afgedwongen nieuwe stemronde.
Maar aan die oproep lijkt voorlopig weinig gehoor te worden gegeven. En Ekrem Imamoglu leidt in de peilingen. Na zondag zal blijken of hij alsnog –zij het met enige vertraging– in het stadhuis van Istanbul zijn intrek kan nemen.